Overzicht
Duits naar Engels: Meer gegevens...
-
autark:
-
Wiktionary:
autark → self-sufficient, self-sustaining, autarkic, self-contained -
Synoniemen voor "autark":
auf eigene Faust; autonom; eigenständig; eigenverantwortlich; in Eigenregie; selbstbestimmt; selbstständig; selbständig; unabhängig
-
Wiktionary:
Duits
Uitgebreide vertaling voor autark (Duits) in het Engels
autark:
Synoniemen voor "autark":
Wiktionary: autark
autark
adjective
autark
-
selbstständig, eigenständig
- autark → self-sufficient; self-sustaining
-
autonom
- autark → autarkic
adjective
-
not requiring external or additional support