Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Anblick:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Anblick (Duits) in het Engels

Anblick:

Anblick [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Anblick (Antlitz; Gesicht; Szene; Schauspiel)
    the face; the countenance; the sight; the pinnule
    • face [the ~] zelfstandig naamwoord
    • countenance [the ~] zelfstandig naamwoord
    • sight [the ~] zelfstandig naamwoord
    • pinnule [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. der Anblick (Ansicht)
    the appearance; the sight
    • appearance [the ~] zelfstandig naamwoord
    • sight [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Anblick:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
appearance Anblick; Ansicht Allüren; Ansehen; Ansicht; Augenscheinlichkeit; Aussehen; Erscheinen; Erscheinung; Erscheinungsbild; Erscheinungsform; Gestalt; Haltung; Statur; Steigerung; Äußere
countenance Anblick; Antlitz; Gesicht; Schauspiel; Szene
face Anblick; Antlitz; Gesicht; Schauspiel; Szene Angesicht; Ebene; Fassade; Feld; Fläche; Fratze; Fresse; Front; Gesicht; Giebel; Klappe; Mund; Schnabel; Schnauze; Schriftart; Schwätzer; Spitze; Visage; Vordere Giebel; Vorderrand; Vorderseite; Vorseite; vordere Ende
pinnule Anblick; Antlitz; Gesicht; Schauspiel; Szene
sight Anblick; Ansicht; Antlitz; Gesicht; Schauspiel; Szene Ansicht; Ausblick; Aussicht; Blick; Fernsicht; Sicht; Visier; ansicht
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
face die Stirn bieten; konfrontieren; sichbehaupten; trotzen

Synoniemen voor "Anblick":


Wiktionary: Anblick

Anblick
noun
  1. Bild, welches sich dem Betrachter bietet
  2. ohne Plural: das Anblicken, das Ansehen, das Betrachten
Anblick
noun
  1. something to look at

Cross Translation:
FromToVia
Anblick air airmélange gazeux constituer l’atmosphère.
Anblick speed; pace; velocity; appearance; aspect; look; sight; view; countenance; guise; respect allurefaçon d’aller, de marcher.

Computer vertaling door derden: