Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Akt:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Akt (Duits) in het Engels

Akt:

Akt [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Akt (Tat; Handlung; Werk)
    the action; the deed; the act
    • action [the ~] zelfstandig naamwoord
    • deed [the ~] zelfstandig naamwoord
    • act [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. der Akt (Nacktfigur)
    the nude figure; the nude
    • nude figure [the ~] zelfstandig naamwoord
    • nude [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Akt:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
act Akt; Handlung; Tat; Werk
action Akt; Handlung; Tat; Werk Aktion; Aktivität; Arbeit; Aufgabe; Beschäftigung; Einführung; Einwirkung; Erfolg; Forderung; Freizeitbeschäftigung; Handlung; Klage; Leistung; Tat; Tätigkeit; Wirkung
deed Akt; Handlung; Tat; Werk Akte; Diplom; Dokument; Lizenz; Schein; Schriftstück; Vertrag; Zeugnis
nude Akt; Nacktfigur
nude figure Akt; Nacktfigur
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
act agieren; auftreten; ausrichten; ausüben; betreiben; darstellen; erfüllen; erledigen; erreichen; handeln; leisten; schaffen; schauspielen; schütten; spielen; treiben; tun; tun als ob; verrichten; vollziehen; vornehmen
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
nude bloß; entblößt; nackt

Synoniemen voor "Akt":


Wiktionary: Akt

Akt
noun
  1. Film: eine Rolle, auf der sich Filmmaterial befindet
  2. juristisches Verfahren, Rechtsvorgang
  3. Abschnitt eines Theaterstückes, Films oder eines Singspiels (Oper/Operette)
  4. Darbietung, Nummer im Zirkus oder Varieté
  5. Handlung, Vorgang
  6. künstlerische Darstellung eines nackten menschlichen Körpers
Akt
noun
  1. action
  2. the coming together of male and female in sexual intercourse
  3. division of theatrical performance
  4. process of doing
  5. deed

Cross Translation:
FromToVia
Akt act handeling — datgene dat gedaan is
Akt document; act; deed; paper; warrant; certificate documentécrit qui sert de preuve ou de renseignement.
Akt piece; bit; document; deed; chamber; ward; lump; act piècepartie, portion, morceau d’un tout.