Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Entzündung:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Entzündung (Duits) in het Engels

Entzündung:

Entzündung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Entzündung (Infektion; Ansteckung)
    the inflammation; the infection
  2. die Entzündung
    the combustion; the ignition
  3. die Entzündung
    the ignition; the fuse; the inflammation; the fuze
    • ignition [the ~] zelfstandig naamwoord
    • fuse [the ~] zelfstandig naamwoord, Brits
    • inflammation [the ~] zelfstandig naamwoord
    • fuze [the ~] zelfstandig naamwoord, Amerikaans
  4. die Entzündung (Docht; Zündung; Lunte; )
    the fuse; the pith; the wick; the pip; the kernel; the fuze
    • fuse [the ~] zelfstandig naamwoord, Brits
    • pith [the ~] zelfstandig naamwoord
    • wick [the ~] zelfstandig naamwoord
    • pip [the ~] zelfstandig naamwoord
    • kernel [the ~] zelfstandig naamwoord
    • fuze [the ~] zelfstandig naamwoord, Amerikaans

Vertaal Matrix voor Entzündung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
combustion Entzündung Verbrennung; Verbrennungsprozeß; Verbrennungsvorgang
fuse Docht; Entzündung; Flamme; Kerzendocht; Kontakt; Lunte; Zündschnur; Zündung Schmelzsicherung; Sicherung
fuze Docht; Entzündung; Flamme; Kerzendocht; Kontakt; Lunte; Zündschnur; Zündung Schmelzsicherung; Sicherung
ignition Entzündung
infection Ansteckung; Entzündung; Infektion Ansteckung
inflammation Ansteckung; Entzündung; Infektion
kernel Docht; Entzündung; Flamme; Kerzendocht; Kontakt; Lunte; Zündschnur; Zündung Docht; Innerste; Kern; Kernel; Kerzendocht
pip Docht; Entzündung; Flamme; Kerzendocht; Kontakt; Lunte; Zündschnur; Zündung Docht; Fruchtkern; Kern; Kerzendocht; Nuß; Stein
pith Docht; Entzündung; Flamme; Kerzendocht; Kontakt; Lunte; Zündschnur; Zündung Docht; Innerste; Kern; Kerzendocht; Knochenmark
wick Docht; Entzündung; Flamme; Kerzendocht; Kontakt; Lunte; Zündschnur; Zündung Baumwolle; Docht; Dochte; Glühstrumpf; Kerzendocht
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fuse Hand in Hand gehen; abtauen; auftauen; kompilieren; sich verbinden; sich verknüpfen; tauen; umschmelzen; verschmelzen; zerschmelzen; zusammenfließen; zusammenfügen; zusammengehen; zusammenlegen; zusammenschmelzen
fuze Hand in Hand gehen; abtauen; auftauen; kompilieren; sich verbinden; sich verknüpfen; tauen; umschmelzen; verschmelzen; zerschmelzen; zusammenfließen; zusammenfügen; zusammengehen; zusammenlegen; zusammenschmelzen

Synoniemen voor "Entzündung":


Wiktionary: Entzündung

Entzündung
noun
  1. in Flammen aufgehen eines brennbaren Materials; leitet eine Verbrennung ein
  2. Medizin: Erkrankung eines Körperorgans, die sich durch Rötung, Anschwellung und Schmerzen bemerkbar macht
Entzündung
noun
  1. medical condition
  2. act of inflaming, kindling, or setting on fire; also, the state of being inflamed

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van Entzündung