Leck: vertaling Duits

Remove Ads

Overzicht

Duits naar Engels: Meer gegevens...

leck:
- leaky; punctured; faulty
Leck:
- leakage; leak; hole; puncture; punch-mark; spill
Wiktionary:
- Leck → leak
- Leck → leak
- leck → leaking, leaky
- leck → punctured, leaky

Duits

Uitgebreide vertaling voor Leck (Duits) in het Engels

leck:

leck bijvoeglijk naamwoord

leck (nicht zu)
leaky; punctured; faulty
- leaky bijvoeglijk naamwoord
- punctured bijvoeglijk naamwoord
- faulty bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor leck:

Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
faulty	leck; nicht zu	außer Gebrauch; defekt; falsch; fehlerhaft; gebrochen; kaputt; unrichtig; verkehrt; verschmitzt
leaky	leck; nicht zu
punctured	leck; nicht zu

Synoniemen voor "leck":

löchrig wie Schweizer Käse; undicht

Wiktionary: leck

leck

adjective

undicht (besonders von Wasserfahrzeugen)
- leck → leaking; leaky

Cross Translation:

From	To	Via
• leck	→ punctured; leaky	↔ lek — vloeistof of gas doorlatend

Leck:

Leck [das ~] zelfstandig naamwoord

Leck (Loch; Undichtigkeit; Punktion; Öffnung; undichte Stelle)
the leakage; the leak; the hole; the puncture; the punch-mark
- leakage [the ~] zelfstandig naamwoord
- leak [the ~] zelfstandig naamwoord
- hole [the ~] zelfstandig naamwoord
- puncture [the ~] zelfstandig naamwoord
- punch-mark [the ~] zelfstandig naamwoord
Leck (Loch; undichte Stelle)
the hole; the leak; the leakage
- hole [the ~] zelfstandig naamwoord
- leak [the ~] zelfstandig naamwoord
- leakage [the ~] zelfstandig naamwoord
Leck (Leckage; undichte Stelle)
the leakage; the leak; the spill
- leakage [the ~] zelfstandig naamwoord
- leak [the ~] zelfstandig naamwoord
- spill [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Leck:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
hole	Leck; Loch; Punktion; Undichtigkeit; undichte Stelle; Öffnung	Anus; Arsch; Delle; Einschnitt; Hintern; Horst; Kerbe; Käfig; Nest; Riß; Schließmuskel; Spalte; Verschlag; Vertiefung
leak	Leck; Leckage; Loch; Punktion; Undichtigkeit; undichte Stelle; Öffnung
leakage	Leck; Leckage; Loch; Punktion; Undichtigkeit; undichte Stelle; Öffnung
punch-mark	Leck; Loch; Punktion; Undichtigkeit; undichte Stelle; Öffnung
puncture	Leck; Loch; Punktion; Undichtigkeit; undichte Stelle; Öffnung	Punktion; Reifenpanne
spill	Leck; Leckage; undichte Stelle
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
leak		auslecken; lecken; leerlaufen
spill		beflecken; beklecksen; beschmieren; beschmutzen; kleckern; manschen; panschen; schmieren; schweinigeln; verderben; vergeuden; vergießen; verhunzen; verkrümeln; vermasseln; vermurksen; verpfuschen; verschmutzen; verschwenden; vertun; verunreinigen

Synoniemen voor "Leck":

Bruchstelle; Leckage; Öffnung

Wiktionary: Leck

Leck

noun

undichte Stelle in einem Gefäß oder einer Leitung, durch die Flüssigkeit oder Gas austritt bzw. hereinströmt
- Leck → leak

Leck

noun

entrance or escape of a fluid
- leak → Leck
hole which admits water or other fluid, or lets it escape
- leak → Leck; undicht; Stelle

Cross Translation:

From	To	Via
• Leck	→ leak	↔ lek — opening waardoor een vloeistof of een gas in of uit kan
• Leck	→ leak	↔ fuite — Fente par où un liquide ou gaz fuit

Remove Ads

Duitse en Engelse zoekresultaten voor: Leck

Uitgebreide vertaling voor Leck (Duits) in het Engels

leck:

leck bijvoeglijk naamwoord

leck (nicht zu)

Vertaal Matrix voor leck:

Synoniemen voor "leck":

Wiktionary: leck

Leck:

Leck [das ~] zelfstandig naamwoord

Leck (Loch; Undichtigkeit; Punktion; Öffnung; undichte Stelle)

Leck (Loch; undichte Stelle)

Leck (Leckage; undichte Stelle)

Vertaal Matrix voor Leck:

Synoniemen voor "Leck":

Wiktionary: Leck