Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Modus:
  2. Wiktionary:
Engels naar Duits:   Meer gegevens...
  1. modus:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Modus (Duits) in het Engels

Modus:

Modus [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Modus (Art und Weise; Aussageform)
    the modus
    • modus [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. der Modus
    the mode
    – The operational state of a computer or a program. For example, edit mode is the state in which a program accepts changes to a file. 1
    • mode [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Modus:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mode Modus Art; Methode; Tonalität
modus Art und Weise; Aussageform; Modus

Synoniemen voor "Modus":


Wiktionary: Modus

Modus
noun
  1. eine von mehreren Betriebsarten, zwischen denen ausgewählt werden kann
  2. Musik: synonym verwandt für Kirchentonart
  3. Linguistik, speziell Grammatik: Eigenschaft des Verbs: Flexionskategorie
Modus
noun
  1. in computing



Engels

Uitgebreide vertaling voor Modus (Engels) in het Duits

modus:

modus [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the modus
    der Modus; die Art und Weise; die Aussageform

Vertaal Matrix voor modus:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Art und Weise modus course of action; course of behaviour; line of conduct
Aussageform modus
Modus modus mode