Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Sünde:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Sünde (Duits) in het Engels

Sünde:

Sünde [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Sünde (Unsittlichkeit; Untugend)
    the sin; the vice; the immorality; the fault
    • sin [the ~] zelfstandig naamwoord
    • vice [the ~] zelfstandig naamwoord
    • immorality [the ~] zelfstandig naamwoord
    • fault [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Sünde:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fault Sünde; Unsittlichkeit; Untugend Belehrung; Brüller; Falschheit; Fehler; Fehlschlag; Irrtum; Rüge; Schnitzer; Tadel; Versehen; Verweis; Vorwurf; Zurechtweisung; Übel
immorality Sünde; Unsittlichkeit; Untugend Immoralität; Sittenlosigkeit; Unmoral
sin Sünde; Unsittlichkeit; Untugend
vice Sünde; Unsittlichkeit; Untugend Klemmblock; Scheusal; Schraubstock; häßlicheKerl
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
sin gegen etwas verstoßen; sündigen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
sin schade

Synoniemen voor "Sünde":


Wiktionary: Sünde

Sünde
noun
  1. Übertretung eines religiösen Gebotes oder Verbotes
    • Sündesin

Cross Translation:
FromToVia
Sünde sin zonde — een overtreding van een goddelijke wet of regel
Sünde sin; transgression péché — Transgression volontaire de la loi divine ou religieuse. (Sens général).

Verwante vertalingen van Sünde