Overzicht
Duits naar Engels: Meer gegevens...
-
Stückzahl:
-
Wiktionary:
Stückzahl → quantity, number of items
-
Wiktionary:
Duits
Uitgebreide vertaling voor Stückzahl (Duits) in het Engels
Stückzahl: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- Stück: share; part; section; segment; element; portion; ingredient; elementary component; principle ingredient; parliamentary party; fundamental ingredient; piece; play; production; stage play; quota; board; chunk; token; voucher; coupon; slice; small part; remains; cloth; tail-end; piece of cloth; polishing-cloth; cleaning-rag; lump; little bit; little lump
- Zahl: figure; amount; quantity; number; size; dose; mark; grade
Wiktionary: Stückzahl
Stückzahl
noun
-
unbestimmte aber bestimmbare Menge
- Stückzahl → quantity
-
bestimmte Anzahl, häufig im Zusammenhang mit Produktion von Gütern
- Stückzahl → number of items