Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Absolvieren:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor absolvieren (Duits) in het Engels

absolvieren:


Synoniemen voor "absolvieren":


Wiktionary: absolvieren

absolvieren
verb
  1. Religion: Absolution erteilen
  2. erfolgreich durchlaufen und abschließen
    • absolvierenpass
absolvieren
verb
  1. to be recognized by a university as having completed the requirements of a degree
  2. theology: pronounce free or give absolution from sin

Cross Translation:
FromToVia
absolvieren absolve; acquit absoudre — (term, Droit criminel) renvoyer de l’accusation une personne reconnaître l’auteur d’un fait qui n’est pas qualifier punissable par la loi.
absolvieren acquit; absolve; cancel; clear; square; pay off acquitterrendre quitte, libérer des dettes. Il se dit en parlant des personne et des choses.

Absolvieren:

Absolvieren [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Absolvieren (Vollenden; Schlachten)
    the finishing

Vertaal Matrix voor Absolvieren:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
finishing Absolvieren; Schlachten; Vollenden Abbauen; Ausschaltung; Beendung; Ergänzung; Erledigung; Fertigstellung; Liquidierung; Nachtrag; Vollendung

Computer vertaling door derden: