Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. klein:
  2. Wiktionary:
Engels naar Duits:   Meer gegevens...
  1. klein:
    Het woord klein is bekend in onze database, echter hebben wij hiervoor nog geen vertaling van engels naar duits.
    • Synoniemen voor "klein":
      Klein; Felix Klein; mathematician
      Melanie Klein; analyst; psychoanalyst
      Calvin Klein; Calvin Richard Klein; couturier; fashion designer; clothes designer; designer


Duits

Uitgebreide vertaling voor klein (Duits) in het Engels

klein:

klein bijvoeglijk naamwoord

  1. klein (unter dem Mindestmaß; äußerst klein; winzig; knapp; minderwertig)
    little; small; tiny; short; minuscule; diminutive; undersized; inferior; inadequate; low-grade; middling; shortish
  2. klein (minimal; gering; geringfügig)
    insignificant
    – signifying nothing 1
    minimal; little; scant; small
    • minimal bijvoeglijk naamwoord
    • little bijvoeglijk naamwoord
    • scant bijvoeglijk naamwoord
    • small bijvoeglijk naamwoord
    infinitesimal
    – infinitely or immeasurably small 1
    minor
    – of lesser importance or stature or rank 1
    • minor bijvoeglijk naamwoord
      • a minor poet1
      • had a minor part in the play1
      • a minor official1
      • many of these hardy adventurers were minor noblemen1
      • minor back roads1
    slight
    – lacking substance or significance 1
    • slight bijvoeglijk naamwoord
      • slight evidence1
  3. klein (dürftig; spärlich; schmächtig; )
    poor
    • poor bijvoeglijk naamwoord
  4. klein (erbärmlich; schäbig)
    poky
    • poky bijvoeglijk naamwoord
  5. klein (äußerst klein)
    tiny; minuscule
  6. klein (kleinkariert; engstirnig; kleinmütig; )
    petty; bashfull; diffident; narrow minded

Vertaal Matrix voor klein:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
diminutive Verkleinerungswort
inferior Untergebene; Untergeordnete
little Bißchen
minor Minderjährige; Unmündige
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
slight geringschätzen; herabsetzen; herabwürdigen; schmälern; verachten; verschmähen
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
diffident beschränkt; borniert; bürgerlich; eng; engstirnig; geizig; genau; gering; gewerblich; klein; kleinbürgerlich; kleinkariert; kleinlich; kleinmütig; knapp; knickrig befangen; scheu; schüchtern; verlegen; verschämt; zaghaft
diminutive klein; knapp; minderwertig; unter dem Mindestmaß; winzig; äußerst klein
inadequate klein; knapp; minderwertig; unter dem Mindestmaß; winzig; äußerst klein unbefriedigend; unzulänglich; unzureichend
inferior klein; knapp; minderwertig; unter dem Mindestmaß; winzig; äußerst klein abhängig; armselig; dürftig; gebrechlich; gehorsam; hinfällig; hündisch; inhaltslos; inkompetent; karg; kärglich; minderwertig; nebensächlich; niedrig; schlecht; schwach; schäbig; sekundär; unfachmännisch; unfähig; ungenügend; untergeben; untergeordnet; untertänig; unzureichend; unzuständig; wertlos; zweitklassig; zweitrangig; ärmlich
infinitesimal gering; geringfügig; klein; minimal unteilbar
insignificant gering; geringfügig; klein; minimal bedeutungslos; gewöhnlich; nichtsbedeutend; trivial; unbedeutend; unscheinbar; unwesentlich; unwichtig
little gering; geringfügig; klein; minimal
low-grade klein; knapp; minderwertig; unter dem Mindestmaß; winzig; äußerst klein
middling klein; knapp; minderwertig; unter dem Mindestmaß; winzig; äußerst klein
minimal gering; geringfügig; klein; minimal bündig; geringfügig; kurz; minimal; nichtig; sehr gering; sehr klein; summarisch; ungültig; winzig
minor gering; geringfügig; klein; minimal abhängig; gehorsam; geringfügig; hündisch; inhaltslos; nebensächlich; schlecht; sehr gering; sehr klein; sekundär; untergeben; untergeordnet; untertänig; verschwindend klein; wertlos; winzig; winzig klein
minuscule klein; knapp; minderwertig; unter dem Mindestmaß; winzig; äußerst klein
petty beschränkt; borniert; bürgerlich; eng; engstirnig; geizig; genau; gering; gewerblich; klein; kleinbürgerlich; kleinkariert; kleinlich; kleinmütig; knapp; knickrig beschränkt; bürgerlich; engstirnig; kleinbürgerlich; kleinkariert; kleinlich; kleinmütig; spießbürgerlich; spießig
poky erbärmlich; klein; schäbig
poor dünn; dürftig; empfindlich; eng; fein; flau; gebrechlich; gedrungen; gering; geringfügig; grundlos; hager; handlich; hilflos; hinfällig; hohl; karg; klein; kläglich; knapp; kränklich; kärglich; mager; miserabel; nichtig; schadhaft; schlaff; schlapp; schlecht; schmächtig; schwach; schwächlich; schäbig; schütter; sehrklein; sparsam; spärlich; ungültig; unscheinbar; vergänglich; winzig; zerbrechlich; öde abgespannt; arm; armselig; armutig; bedürftig; bäuerisch; dünn; dürftig; dürr; eckig; elend; empfindlich; eng; entspannt; flau; flegelhaft; gebrechlich; gering; geringfügig; grob; grobschlächtig; hager; hilflos; hinfällig; kantig; karg; knapp; kraftlos; krankhaft; kränklich; kärglich; lahm; lasch; lustlos; lästig; minderwertig; mittellos; mittelmäßig; mißlich; mäßig; nicht sehr gut; niedrig; notleidend; schal; schlacksig; schlaff; schlapp; schlecht; schlottrig; schmächtig; schofel; schwach; schwerfällig; schwächlich; schäbig; stelzbeinig; stümperhaft; taktlos; tapprig; tapsig; trocken; täppisch; tölpelhaft; umbequem; unansehnlich; unbedeutend; unbehaglich; unbeholfen; unbemittelt; unfruchtbar; unfähig; ungeeignet; ungehobelt; ungelenk; ungenügend; ungeschickt; ungeschlacht; unhandlich; unpassend; untauglich; untergeordnet; unzureichend; verlottert; verludert; weich; welk; winzig; wässerig; zerlumpt; zweitklassig; zweitrangig; ärmlich; öde
scant gering; geringfügig; klein; minimal geringfügig; sehr gering; sehr klein; verschwindend klein; winzig; winzig klein
short klein; knapp; minderwertig; unter dem Mindestmaß; winzig; äußerst klein
shortish klein; knapp; minderwertig; unter dem Mindestmaß; winzig; äußerst klein
slight gering; geringfügig; klein; minimal anmutig; edel; elegant; entzückend; fein; galant; geringfügig; geschmeidig; grazil; graziös; hold; hübsch; lieblich; minimal; nichtig; rank; reizend; schick; schlank; scmächtig; sehr gering; sehr klein; ungültig; verschmitzt; winzig; zart; zerbrechlich; zierlich; zu vernachlässigen
small gering; geringfügig; klein; knapp; minderwertig; minimal; unter dem Mindestmaß; winzig; äußerst klein banal; dürftig; eng; gering; knapp; schmal; winzig
tiny klein; knapp; minderwertig; unter dem Mindestmaß; winzig; äußerst klein
undersized klein; knapp; minderwertig; unter dem Mindestmaß; winzig; äußerst klein
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
little ein wenig; wenig
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bashfull beschränkt; borniert; bürgerlich; eng; engstirnig; geizig; genau; gering; gewerblich; klein; kleinbürgerlich; kleinkariert; kleinlich; kleinmütig; knapp; knickrig
little klein; knapp; minderwertig; unter dem Mindestmaß; winzig; äußerst klein außergewöhnlich; selten; seltsam
middling minderwertig; mittelmäßig; mäßig; unter dem Mindestmaß; zweitklassig; zweitrangig
narrow minded beschränkt; borniert; bürgerlich; eng; engstirnig; geizig; genau; gering; gewerblich; klein; kleinbürgerlich; kleinkariert; kleinlich; kleinmütig; knapp; knickrig beschränkt; kleinbürgerlich; kurzsichtig
short barsch; brüsk; schroff; vergänglich; zeitlich

Synoniemen voor "klein":


Wiktionary: klein

klein
adjective
  1. von geringem Ausmaß
  2. unbedeutend
  3. als Kleinbuchstabe, in Kleinbuchstaben oder mit kleinem Anfangsbuchstaben
klein
adjective
  1. of little importance
  2. (of a sibling) younger
  3. very young
  4. small in size
  5. Little, trifling, or inconsiderable, as a petty fault
  6. of a person, of comparatively little height
  7. not large
  8. young
  9. small, little

Cross Translation:
FromToVia
klein diminutive; little; small klein — van geringe grootte
klein short bref — Petit de taille
klein light léger — Dont le poids est faible, qui ne pèse guère.
klein slim; slender mince — Svelte, élancé, pas gros.
klein small; little; young petit — De taille réduite.
klein little; young; kid petit — Jeune.

Verwante vertalingen van klein



Engels

Uitgebreide vertaling voor klein (Engels) in het Duits

klein:


Synoniemen voor "klein":

  • Klein; Felix Klein; mathematician
  • Melanie Klein; analyst; psychoanalyst
  • Calvin Klein; Calvin Richard Klein; couturier; fashion designer; clothes designer; designer

Klein:


Vertaal Matrix voor Klein:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- Calvin Klein; Calvin Richard Klein; Felix Klein; Melanie Klein

Verwante definities voor "Klein":

  1. United States fashion designer noted for understated fashions (born in 1942)1
  2. United States psychoanalyst (born in Austria) who was the first to specialize in the psychoanalysis of small children (1882-1960)1
  3. German mathematician who created the Klein bottle (1849-1925)1