Home ->Woordenboeken ->Duits/Engels ->Zoek: testen

Duitse en Engelse zoekresultaten voor: testen

Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. testen:
  2. Wiktionary:

Duits

Uitgebreide vertaling voor testen (Duits) in het Engels

testen:

testen werkwoord (teste, testest, testet, testete, testetet, getestet)

  1. testen (erproben; untersuchen; prüfen; )
    to examine; to verify; to inspect; to test; to check; to control; to try
    • examine werkwoord (examines, examined, examining)
    • verify werkwoord (verifies, verified, verifying)
    • inspect werkwoord (inspects, inspected, inspecting)
    • test werkwoord (tests, tested, testing)
    • check werkwoord (checks, checked, checking)
    • control werkwoord (controls, controlled, controlling)
    • try werkwoord (tries, tried, trying)
  2. testen (examinieren; prüfen; überprüfen; )
    to examine; to test; to check; to control; to hear
    • examine werkwoord (examines, examined, examining)
    • test werkwoord (tests, tested, testing)
    • check werkwoord (checks, checked, checking)
    • control werkwoord (controls, controlled, controlling)
    • hear werkwoord (hears, heard, hearing)
  3. testen (prüfen)
    to taste; to try; to sample; to test
    • taste werkwoord (tastes, tasted, tasting)
    • try werkwoord (tries, tried, trying)
    • sample werkwoord (samples, sampled, sampling)
    • test werkwoord (tests, tested, testing)
  4. testen (ausprobieren; prüfen; überprüfen; )
    to examine; to test; to pretest; to try out; to check; recount; to try; to count again
    • examine werkwoord (examines, examined, examining)
    • test werkwoord (tests, tested, testing)
    • pretest werkwoord (pretests, pretested, pretesting)
    • try out werkwoord (tries out, tried out, trying out)
    • check werkwoord (checks, checked, checking)
    • recount werkwoord
    • try werkwoord (tries, tried, trying)
    • count again werkwoord (counts again, counted again, counting again)
  5. testen (ausprobieren; probieren; experimentieren; erproben; forschen)
    to try; to endeavour; to try out; to attempt; to strive; to examine; to test; to check; to pretest
    • try werkwoord (tries, tried, trying)
    • endeavour werkwoord, Brits (endeavours, endeavoured, endeavouring)
    • try out werkwoord (tries out, tried out, trying out)
    • attempt werkwoord (attempts, attempted, attempting)
    • strive werkwoord (strives, strived, striving)
    • examine werkwoord (examines, examined, examining)
    • test werkwoord (tests, tested, testing)
    • check werkwoord (checks, checked, checking)
    • pretest werkwoord (pretests, pretested, pretesting)
    endeavor
    – attempt by employing effort 1
    • endeavor werkwoord, Amerikaans
      • we endeavor to make our customers happy1
  6. testen (nachprüfen; kontrollieren; überprüfen; prüfen)
    to verify; to check; to examine; to audit; to inspect
    • verify werkwoord (verifies, verified, verifying)
    • check werkwoord (checks, checked, checking)
    • examine werkwoord (examines, examined, examining)
    • audit werkwoord (audits, audited, auditing)
    • inspect werkwoord (inspects, inspected, inspecting)

Conjugations for testen:

Präsens
  1. teste
  2. testest
  3. testet
  4. testen
  5. testet
  6. testen
Imperfekt
  1. testete
  2. testetest
  3. testete
  4. testeten
  5. testetet
  6. testeten
Perfekt
  1. habe getestet
  2. hast getestet
  3. hat getestet
  4. haben getestet
  5. habt getestet
  6. haben getestet
1. Konjunktiv [1]
  1. teste
  2. testest
  3. teste
  4. testen
  5. testet
  6. testen
2. Konjunktiv
  1. testete
  2. testetest
  3. testete
  4. testeten
  5. testetet
  6. testeten
Futur 1
  1. werde testen
  2. wirst testen
  3. wird testen
  4. werden testen
  5. werdet testen
  6. werden testen
1. Konjunktiv [2]
  1. würde testen
  2. würdest testen
  3. würde testen
  4. würden testen
  5. würdet testen
  6. würden testen
Diverses
  1. test!
  2. testet!
  3. testen Sie!
  5. getestet
  6. test
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor testen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
attempt Anstrengung; Versuch
audit Bericht eines Wirtschaftsprüfers; Rechnungsprüfung; Untersuchung der Bücherrevisoren; Überprüfung; Überwachung
check Kontrolieren; Schach; Scheck; Überprüfung
control Administration; Beaufsichtigung; Beherrschung; Beherschung; Bewachung; Einstellknopf; Grad der Fähigkeiten; Kontrolle; Regler; Reserviertheit; Selbstbeherschung; Steuerelement; Verfügungsrecht; Verwaltung
recount wiederzählung
sample Beispiel; Entwurf; Exempel; Exemplar; Modell; Muster; Probe; Stichprobe; Vorbild
taste Demonstration; Geschmack; Geschmackempfindung; Kostprobe; Neigung; Probe; Vorgeschmack; Vorliebe; Vorzug; Wahl
test Abgangsprüfung; Chemische Verbindung; Computertest; Erprobung; Examen; Experiment; Heimsuchung; Klassenarbeit; Kriterium; Maßstab; Meisterprüfung; Proben; Prüfung; Repetieren; Test; Versuch
try Anstrengung; Experiment; Test; Versuch
try out Erstaufführung
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
attempt ausprobieren; erproben; experimentieren; forschen; probieren; testen erproben; probieren
audit kontrollieren; nachprüfen; prüfen; testen; überprüfen prüfen; Überwachung
check abhören; ausprobieren; erproben; examinieren; experimentieren; forschen; inspizieren; kontrollieren; nachprüfen; nachsehen; proben; probieren; prüfen; testen; untersuchen; überprüfen abzeichnen; ankreuzen; anmerken; beherrschen; besichtigen; bändigen; dämpfen; erforschen; erkunden; feststellen; forschen; in Zucht halten; inspizieren; kontrollieren; nachforschen; nachgehen; nachprüfen; nachsehen; nachspüren; nachzählen; prüfen; sich anschauen; sich ansehen; unterdrücken; untersuchen; verifizieren; zügeln; überprüfen
control abhören; ausprobieren; erproben; examinieren; inspizieren; kontrollieren; nachprüfen; nachsehen; proben; prüfen; testen; untersuchen; überprüfen abrichten; an sich halten; beherrschen; besichtigen; bezwingen; bezähmen; bändigen; demütigen; dressieren; einreiten; examinieren; inspizieren; kontrollieren; manipulieren; mustern; prüfen; sich anschauen; sich ansehen; sich zwingen; unter die Gewalt bringen; unterdrücken; unterwerfen; zurücknehmen; zähmen
count again ausprobieren; erproben; experimentieren; nachprüfen; prüfen; testen; überprüfen kontrollieren; nachprüfen; nachsehen; nachzählen; prüfen; überprüfen
endeavor ausprobieren; erproben; experimentieren; forschen; probieren; testen erproben; probieren
endeavour ausprobieren; erproben; experimentieren; forschen; probieren; testen erproben; probieren
examine abhören; ausprobieren; erproben; examinieren; experimentieren; forschen; inspizieren; kontrollieren; nachprüfen; nachsehen; proben; probieren; prüfen; testen; untersuchen; überprüfen Examen abnehmen; anblicken; anschauen; ansehen; ansuchen; beantragen; beschauen; besichtigen; betrachten; durchsuchen; einen Antrag machen; ersuchen; examinieren; inspizieren; kontrollieren; mustern; prüfen; schauen; sehen; sich anschauen; sich ansehen; visitieren
hear abhören; examinieren; kontrollieren; nachprüfen; nachsehen; prüfen; testen; überprüfen abhören; ausforschen; ausfragen; befragen; hinhören; horchen; hören; schicken; verhören; zuhören
inspect ausprobieren; erproben; inspizieren; kontrollieren; nachprüfen; proben; prüfen; testen; untersuchen; überprüfen Proben entnehmen; anblicken; anschauen; ansehen; beschauen; besichtigen; betrachten; examinieren; hinblicken; inspizieren; kontrollieren; mustern; prüfen; schauen; sehen; sich anschauen; sich ansehen; überblicken; übersehen
pretest ausprobieren; erproben; experimentieren; forschen; nachprüfen; probieren; prüfen; testen; überprüfen ansuchen; beantragen; einen Antrag machen; ersuchen
recount ausprobieren; erproben; experimentieren; nachprüfen; prüfen; testen; überprüfen benachrichtigen; erzählen; mitteilen; nachzählen; schildern
sample prüfen; testen Proben entnehmen
strive ausprobieren; erproben; experimentieren; forschen; probieren; testen annehmen; anstreben; beabsichtigen; bezwecken; der Meinung sein; erproben; erstreben; probieren
taste prüfen; testen prüfen; schmecken
test abhören; ausprobieren; erproben; examinieren; experimentieren; forschen; inspizieren; kontrollieren; nachprüfen; nachsehen; proben; probieren; prüfen; testen; untersuchen; überprüfen Auf die Probe stellen; Examen abnehmen; ansuchen; ausprobieren; beantragen; einen Antrag machen; erproben; ersuchen; probieren; prüfen
try ausprobieren; erproben; experimentieren; forschen; inspizieren; kontrollieren; nachprüfen; proben; probieren; prüfen; testen; untersuchen; überprüfen Auf die Probe stellen; anprobieren; ansuchen; ausprobieren; beantragen; das Urteil sprechen; einen Antrag machen; erfüllen; erproben; ersuchen; probieren; prüfen; schmecken; verfolgen; versuchen; verurteilen
try out ausprobieren; erproben; experimentieren; forschen; nachprüfen; probieren; prüfen; testen; überprüfen ansuchen; beantragen; einen Antrag machen; ersuchen
verify ausprobieren; erproben; inspizieren; kontrollieren; nachprüfen; proben; prüfen; testen; untersuchen; überprüfen aufzeigen; belegen; besichtigen; beweisen; erweisen; inspizieren; nachsehen; nachweisen; sich anschauen; sich ansehen; vorweisen; vorzeigen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
check kariert

Synoniemen voor "testen":


Wiktionary: testen

testen
verb
  1. Technik: durch einen Versuch Sicherheit darüber gewinnen, ob ein technischer Apparat oder ein Vorgang innerhalb der geplanten Rahmenbedingungen funktioniert oder nicht
testen
verb
  1. -
Cross Translation:
FromToVia
• testen → try ↔ proberen — testen
• testen → test; try ↔ beproeven — onderzoeken of het de juiste is
• testen → test ↔ éprouver — Mettre à l’épreuve un objet pour se rendre compte s’il a toutes les qualités voulues.







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0576 seconde
Page rendered in 1.0 seconds