Overzicht


Duits

Uitgebreide vertaling voor Brot (Duits) in het Engels

Brot:

Brot [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Brot
    the loaf
    • loaf [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. Brot
    the bread
    • bread [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Brot:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bread Brot Geld; Knete; Weizenbrot
loaf Brot
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
loaf freilaufen; leerlaufen

Synoniemen voor "Brot":

  • Brotlaib; Wecken; Backware

Wiktionary: Brot

Brot
noun
  1. übertragen, kein Plural: Lebensunterhalt, Lohn, Ertrag
  2. abgeschnittene Scheibe eines Brotlaibes
  3. ein einzelner Brotlaib
  4. kein Plural: aus weißem, dunklem Mehl oder Mehlmischungen, Wasser, Salz (und ggf. Sauerteig) gebackenes Nahrungsmittel
Brot
noun
  1. countable: any variety of bread
  2. baked dough made from cereals

Cross Translation:
FromToVia
Brot bastard; son of a bitch; son of a gun; mongrel; half-breed bâtard — (vieilli) enfant né hors mariage.
Brot loaf miche — Gros pain.
Brot bread; loaf pain — Aliment

Verwante vertalingen van Brot