Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Kreuzholz:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Kreuzholz (Duits) in het Engels

Kreuzholz:

Kreuzholz [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Kreuzholz
    the bar; the beam; the cross-beam
    • bar [the ~] zelfstandig naamwoord
    • beam [the ~] zelfstandig naamwoord
    • cross-beam [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Kreuzholz:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bar Kreuzholz Ausschank; Barrikade; Gasthaus; Gaststätte; Gastwirtschaft; Gitter; Gitterstab; Gitterwerk; Hemmnis; Hindernis; Hürde; Kneipe; Krug; Querbalken; Querholz; Riegel; Schanktisch; Schankwirtschaft; Schenke; Sperre; Sperrung; Stab; Stange; Stock; Straßensperre; Tafel; Theke; Vergitterung; Versperrung; Wirtschaft; Wirtshaus; Wirtsstube
beam Kreuzholz Balken; Joch; Querbalken; Querholz; Strahl; Strahlenbündel
cross-beam Kreuzholz Querbalken; Querholz
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bar abriegeln; abschirmen; absperren; blockieren; verbarrikadieren; vergittern; verrammeln; versperren; verstellen
beam erleuchten; etwas ausstrahlen; flimmern; funkeln; glitzern; glänzen; glühen; leuchten; scheinen; schimmern; strahlen; übertragen