Home ->Woordenboeken ->Duits/Engels ->Vertaal Mark

Vertaal Mark van Duits naar Engels

Overzicht

Duits naar Engels: Meer gegevens...

Mark:
- march; borderland
Wiktionary:
- Mark → pulp, marrow, core, markka, mark, march
- Mark → march, mark, pith, marrow, frontier

Duits

Uitgebreide vertaling voor Mark (Duits) in het Engels

Mark:

Mark [der ~] zelfstandig naamwoord

der Mark
the march; the borderland
- march [the ~] zelfstandig naamwoord
- borderland [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Mark:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
borderland	Mark	Grenzabschnitt; Grenzgebiet
march	Mark	Anmarsch; Aufmarsch; Fahrt; Fußwanderung; Marsch; Passage; Reise; Seereise; Tour; Vormarsch; Überfahrt
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
march		bewegen; manövrieren

Synoniemen voor "Mark":

Anewand; Grenzgebiet; Randgebiet; Areal; Gebiet; Gegend; Raum; Territorium
DDR-Mark; M; Mark der Deutschen Notenbank; MDN; Ost-Mark

Wiktionary: Mark

Mark

noun

Anatomie, Biologie: weiche Substanz im Kern von Knochen, Stengel oder Früchten
- Mark → pulp; marrow; core

Plural 2: ein Gebiet an den (ehemaligen) Grenzen des Frankenreiches oder des Heiligen Römischen Reiches Deutscher Nation (Grenzmark)
- Mark → march
Plural 1: Währungsbezeichnung, abgeleitet von ^[1]
- Mark → mark

Mark

noun

substance inside bones
- marrow → Mark
unit of currency
- markka; mark → Finnische Mark; Finnmark; Mark; Reichsmark
region at a frontier governed by a marquess
- march → Mark
obsolete: border region
- march → Mark

Cross Translation:

From	To	Via
• Mark	→ pith; marrow	↔ merg — anatomie\|nld het zachte weefsel in de kern van een bot
• Mark	→ march; frontier	↔ marche — (vieilli) province frontière, dirigée par un marquis.