Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Material:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Material (Duits) in het Engels

Material:

Material [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Material (Grundstoff; Rohstoff; Grundmaterial)
    the building material
  2. Material
    the materiel; the materials
  3. Material
    the material
    – A "part" of 3D content that provides texture to 3D geometries. Combined with light, a material makes a 3D surface visible in a XAML document. 1
    • material [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Material:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
building material Grundmaterial; Grundstoff; Material; Rohstoff Baumaterial; Baumaterialien; Baustoff
material Material Benötigte; Erforderliche
materials Material Baumaterial; Baustoff; Bedarf; Benötigte; Erforderliche
materiel Material
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
material erforderlich; essentiell; materiell; notwendig; nötig; stofflich; unentbehrlich; wesentlich; wichtig; zentral

Synoniemen voor "Material":


Wiktionary: Material

Material
noun
  1. Technik: Sammelbegriff für Rohstoffe, Werkstoffe, Halbzeuge, Hilfsstoffe, Betriebsstoffe, Teile und Gruppen, aus denen etwas hergestellt wird
Material
noun
  1. matter
  2. text

Cross Translation:
FromToVia
Material material; data; stuff matériau — À trier

Verwante vertalingen van Material