Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Mittag:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Mittag (Duits) in het Engels

Mittag:

Mittag [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Mittag (Nachmittag)
    the afternoon; the midday; the noon
    • afternoon [the ~] zelfstandig naamwoord
    • midday [the ~] zelfstandig naamwoord
    • noon [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. der Mittag
    the noon; the midday; the noontide; the high noon; the twelve noon; the noonday
    – the middle of the day 1
    • noon [the ~] zelfstandig naamwoord
    • midday [the ~] zelfstandig naamwoord
    • noontide [the ~] zelfstandig naamwoord
    • high noon [the ~] zelfstandig naamwoord
    • twelve noon [the ~] zelfstandig naamwoord
    • noonday [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Mittag:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afternoon Mittag; Nachmittag
high noon Mittag
midday Mittag; Nachmittag
noon Mittag; Nachmittag
noonday Mittag
noontide Mittag
twelve noon Mittag

Synoniemen voor "Mittag":

  • Tageszeit

Wiktionary: Mittag

Mittag
noun
  1. Tageszeit um den Sonnenhöchststand (in der Regel ab circa 12.00 bis 14.00 Uhr), Mitte des Tages, Mitte der Zeit mit Tageslicht; dem Mittag geht der Vormittag voran und ihm folgt der Nachmittag
Mittag
noun
  1. midday

Cross Translation:
FromToVia
Mittag noon middag — het midden van de dag, 12.00

Verwante vertalingen van Mittag