Overzicht


Duits

Uitgebreide vertaling voor Monatsschrift (Duits) in het Engels

Monatsschrift:

Monatsschrift [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Monatsschrift (Zeitschrift; Magazin; Blatt; )
    the magazine; the periodical; the journal; the message; the monthly magazine; the report; the weekly; the news; the piece of news; the monthly

Vertaal Matrix voor Monatsschrift:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
journal Blatt; Illustrierte; Journal; Magazin; Meldung; Monatsheft; Monatsschrift; Nachricht; Wochenblatt; Zeitschrift Blatt; Erfassung; Journal; Logbuch; Nachrichten; Schiffsjournal; Tagebuch; Tagesschau; Zeitschrift
magazine Blatt; Illustrierte; Journal; Magazin; Meldung; Monatsheft; Monatsschrift; Nachricht; Wochenblatt; Zeitschrift Blatt; Zeitschrift
message Blatt; Illustrierte; Journal; Magazin; Meldung; Monatsheft; Monatsschrift; Nachricht; Wochenblatt; Zeitschrift Ansprache; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Bericht; Botschaft; Dokument; E-Mail; Erwähnung; Meldung; Mitteilung; Nachricht; Neuigkeit; Verlautbarung; Verzeichnung
monthly Blatt; Illustrierte; Journal; Magazin; Meldung; Monatsheft; Monatsschrift; Nachricht; Wochenblatt; Zeitschrift
monthly magazine Blatt; Illustrierte; Journal; Magazin; Meldung; Monatsheft; Monatsschrift; Nachricht; Wochenblatt; Zeitschrift
news Blatt; Illustrierte; Journal; Magazin; Meldung; Monatsheft; Monatsschrift; Nachricht; Wochenblatt; Zeitschrift Bericht; Meldung; Nachricht; Nachrichten; Neuigkeit; Neuigkeiten; Tagesschau
periodical Blatt; Illustrierte; Journal; Magazin; Meldung; Monatsheft; Monatsschrift; Nachricht; Wochenblatt; Zeitschrift Blatt; Zeitschrift
piece of news Blatt; Illustrierte; Journal; Magazin; Meldung; Monatsheft; Monatsschrift; Nachricht; Wochenblatt; Zeitschrift Ansprache; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Bericht; Botschaft; Erwähnung; Meldung; Mitteilung; Nachricht; Neuigkeit; Verlautbarung; Verzeichnung
report Blatt; Illustrierte; Journal; Magazin; Meldung; Monatsheft; Monatsschrift; Nachricht; Wochenblatt; Zeitschrift Annotation; Ansprache; Anzeige; Aufführung; Aufsatz; Aufstellung; Aufzeichnung; Aufzählung; Bekanntgabe; Bekanntmachung; Benachrichtigung; Bericht; Berichterstattung; Botschaft; Eintragung; Erwähnung; Geschichte; Gutachten; Information; Kommentar; Lesung; Liste; Meinungsbericht; Meldung; Mitteilung; Mitteilungen; Nachricht; Neuigkeit; Notiz; Referat; Reportage; Strafmandat; Tabelle; Verlautbarung; Vermerk; Verzeichnis; Verzeichnung; Vorlesung; Vortrag
weekly Blatt; Illustrierte; Journal; Magazin; Meldung; Monatsheft; Monatsschrift; Nachricht; Wochenblatt; Zeitschrift
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
report Geschichte erzählen; anbringen; anzeigen; austragen; bekanntgeben; benachrichtigen; berichten; deklamieren; denunzieren; erläutern; erzählen; informieren; melden; meldungmachen; mitteilen; petzen; reden; sagen; schildern; sprechen; verpfeifen; verraten; wiedergeben
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
periodical periodisch
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
monthly jedenMonat; monatlich; monatsweise
weekly jede Woche; wöchentlich