Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. Zugriff:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Zugriff (Duits) in het Engels

Zugriff:

Zugriff

  1. Zugriff
    the access
    – In respect to privacy, an individual's ability to view, modify, and contest the accuracy and completeness of PII collected about him or her. Access is an element of the Fair Information Practices. 1
    • access [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. Zugriff
    the access
    – The act of reading data from or writing data to memory. 1
    • access [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. Zugriff
    the hit
    – A single action (for example, a click on an advertisement) taken by a customer at a Web site that results in one line of data being added to the Web server log file. 1
    • hit [the ~] zelfstandig naamwoord
  4. Zugriff
    the access
    – The ability to view data or navigate to or within a physical or virtual computer environment. 1
    • access [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Zugriff:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
access Zugriff Bewilligung; Eingang; Erlaubnis; Genehmigung; Permission; Tür; Zufahrtsstraße; Zugang; Zulassung
hit Zugriff Best-seller; Erfolg; Hit; Klapper; Kollision; Schlager; Tor; Treffer; Treffer ins Schwarze; Zusammenstoß
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
access zugreifen auf
hit anrühren; antun; berühren; besiegen; betreffen; bewegen; dreschen; einen Klaps geben; erregen; hart schlagen; hauen; hämmern; rammen; rühren; schlagen; treffen; verkloppen
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hit angeschossen; geschlagen; getroffen; verletzt; verwundet

Synoniemen voor "Zugriff":


Wiktionary: Zugriff

Zugriff
noun
  1. die Möglichkeit, etwas anzusehen, zu benutzen
Zugriff
noun
  1. communication with a computer program or the Internet
  2. computing: process of locating data in memory