Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. dienstlich:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor dienstlich (Duits) in het Engels

dienstlich:

dienstlich bijvoeglijk naamwoord

  1. dienstlich (kommerziell; wirtschaftlich; kaufmännisch; gewerblich; geschäftlich)
    commercial
  2. dienstlich (sachlich; nüchtern; geschäftlich; objektiv)
    sober
    • sober bijvoeglijk naamwoord
  3. dienstlich
    through service
  4. dienstlich (objektiv; sachlich; kalt; )
    objective; unbiased; impartial; neutral
  5. dienstlich (zum Dienst gehören)

Vertaal Matrix voor dienstlich:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
commercial Reklame; Reklamefilm; Werbefilm; Werbespot; Werbung
neutral Freilauf
objective Absicht; Augenmerk; Bestimmung; Endziel; Endzweck; Plan; Planung; Reisebestimmung; Ziel; Zielsetzung; Zweck
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
commercial dienstlich; geschäftlich; gewerblich; kaufmännisch; kommerziell; wirtschaftlich
impartial dienstlich; dürr; geschäftlich; kalt; nüchtern; objektiv; sachlich; unbestechlich; unparteiisch indifferent; neutral; unparteiisch
neutral dienstlich; dürr; geschäftlich; kalt; nüchtern; objektiv; sachlich; unbestechlich; unparteiisch indifferent; neutral; unparteiisch
objective dienstlich; dürr; geschäftlich; kalt; nüchtern; objektiv; sachlich; unbestechlich; unparteiisch
sober dienstlich; geschäftlich; nüchtern; objektiv; sachlich anspruchslos; bedeckt; einfach; gemäßigt; gemütlich; mäßig; nüchtern; sachlich; schlicht; sittsam; sparsam; ärmlich
unbiased dienstlich; dürr; geschäftlich; kalt; nüchtern; objektiv; sachlich; unbestechlich; unparteiisch
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
belonging to the service dienstlich; zum Dienst gehören
through service dienstlich

Synoniemen voor "dienstlich":


Wiktionary: dienstlich

dienstlich
adjective
  1. relating to an office; especially, to a subordinate executive officer or attendant