Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. hinaus:
  2. Wiktionary:
    • hinaus → out
    • hinaus → out


Duits

Uitgebreide vertaling voor hinaus (Duits) in het Engels

hinaus:

hinaus bijvoeglijk naamwoord

  1. hinaus (weg)
    out
    • out bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor hinaus:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
out hinaus; weg ab jetzt; aus; aushäusig; beendet; bereit; daraus; einsatzbereit; erledigt; fertig; geschafft; klar; parat; raus; unterwegs; vollendet; von hier

Synoniemen voor "hinaus":


Wiktionary: hinaus

hinaus
  1. räumlich: die Richtung beschreibend, die das Umfeld verlassen
    • hinausout
hinaus
adverb
  1. away from expected or default place
  2. away from the inside or the centre

Verwante vertalingen van hinaus