Overzicht
Duits naar Engels:   Meer gegevens...
  1. tatsächlich:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor tatsächlich (Duits) in het Engels

tatsächlich:

tatsächlich

  1. tatsächlich (ja)

tatsächlich bijvoeglijk naamwoord

  1. tatsächlich (indertat; selbstverständlich; allerdings; denn)
    actual; indeed

Vertaal Matrix voor tatsächlich:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
yes Jawort
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
actual allerdings; denn; indertat; selbstverständlich; tatsächlich aktuell; allerdings; das stimmt; echt; effektiv; ehrlich; eigentlich; einfach; essentiell; faktisch; grundlegend; grundsätzlich; in der Tat; sachlich; unverfälscht; wahr; wahrhaftig; wesentlich; wirklich; überhaupt
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
indeed allerdings; denn; indertat; selbstverständlich; tatsächlich allerdings; das stimmt; echt; ehrlich; einfach; gewiss; gewiß; in der Tat; ja; jawohl; natürlich; selbstverständlich; sicher; tja; unbedingt; ungezweifelt; unverfälscht; wahr; wahrhaft; wahrhaftig; wahrlich; wirklich; zweifellos; überhaupt; übrigens
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
indeed ja; tatsächlich
yes ja; tatsächlich
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
yes ja

Synoniemen voor "tatsächlich":


Wiktionary: tatsächlich

tatsächlich
adjective
  1. (manchmal auch wider Erwarten) wahrheitsgemäß, wirklich
    • tatsächlichreal
tatsächlich
adverb
  1. actually, in truth
  2. actually
adjective
  1. emphasise a noun
  2. existing in act or reality, not just potentially

Cross Translation:
FromToVia
tatsächlich actual daadwerkelijk — ook echt plaats vindend
tatsächlich actual; effective; real; in action; active effectif — Qui est réellement et de fait, qui produit un résultat réel.
tatsächlich really; indeed en effet — Réellement
tatsächlich in fact; actually; as a matter of fact en fait — Réellement, effectivement, au fond, quelles que soient les apparences.