Overzicht
Duits naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. erholen:
    • Wiktionary:
      erholen → recrearse
    • Synoniemen voor "erholen":
      rekonvaleszieren
      einen Lenz machen; abflacken; ausruhen; chillen; Däumchen drehen; faulenzen; gammeln; rumgammeln


Duits

Uitgebreide vertaling voor erholen (Duits) in het Spaans

Spelling Suggesties voor: erholen

erholen:


Synoniemen voor "erholen":

  • rekonvaleszieren
  • einen Lenz machen; abflacken; ausruhen; chillen; Däumchen drehen; faulenzen; gammeln; rumgammeln

Wiktionary: erholen

erholen
verb
  1. (reflexiv) sich entspannen

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van erholen



Spaans

Suggesties voor erholen in het Spaans

Spelling Suggesties voor: erholen

Computer vertaling door derden: