Overzicht
Duits naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. Handlung:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Handlung (Duits) in het Spaans

Handlung:

Handlung [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Handlung (Tat; Akt; Werk)
    la acción; el acto
    • acción [la ~] zelfstandig naamwoord
    • acto [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Handlung:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
acción Akt; Handlung; Tat; Werk Agieren; Aktie; Aktion; Aktivität; Anteil; Anteilschein; Arbeitsleistung; Ausübung; Beeinflussung; Bewegung; Eile; Einfluß; Einflüsse; Einwirkung; Erfolg; Fahrgeschwindigkeit; Gebärde; Geschwindigkeit; Gesellschafteranteil; Geste; Großtat; Handeln; Hast; Kampagne; Kontingent; Körperbewegung; Leistung; Macht; Reisegeschwindigkeit; Schiffskampange; Schnelligkeit; Signal; Stück; Tempo; Verrichtung; Vollziehung; Wertpapier; Wink; Wirkung; Zeichen
acto Akt; Handlung; Tat; Werk Begebenheit; Eintreten; Ereignis; Geschehen; Vorfall; Vorgang
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
acción Aktion

Synoniemen voor "Handlung":


Wiktionary: Handlung

Handlung
noun
  1. oft als zweites Bestandteil eines Determinativkompositums: Geschäft/Laden
  2. Geschehen in einer Geschichte, deren Inhalt
  3. etwas, das tun oder vollziehen werden muss oder wurde
  4. Prozess, während dessen etwas tun oder durchführen wird

Cross Translation:
FromToVia
Handlung acto act — deed
Handlung acción; acto act — process of doing
Handlung acción action — something done so as to accomplish a purpose
Handlung actividad activity — something done as an action or a movement
Handlung argumento; trama plot — course of a story
Handlung acto handeling — datgene dat gedaan is
Handlung acción; acto; actuación; hecho action — Tout ce qu’on fait (sens général)
Handlung hecho fait — Ce que quelqu’un fait, a fait ou fera.