Overzicht
Duits naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. Hintern:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Hintern (Duits) in het Spaans

Hintern:

Hintern [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Hintern (Arsch; Gesäß)
    la culo; la nalgas
    • culo [la ~] zelfstandig naamwoord
    • nalgas [la ~] zelfstandig naamwoord
  2. der Hintern (Anus; Schließmuskel; Arsch)
    el ano
    • ano [el ~] zelfstandig naamwoord
  3. der Hintern (Arsch)
    el bache; la abertura
    • bache [el ~] zelfstandig naamwoord
    • abertura [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Hintern:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
abertura Arsch; Hintern Anfang; Anfangen; Armenviertel; Aufrichtigkeit; Aussparung; Barackenviertel; Beginn; Dorf; Ehrlichkeit; Einblick; Einleitung; Elendviertel; Eröffnung; Geradheit; Gerechtigkeit; Guckloch; Gucklöcher; Kluft; Leck; Loch; Nest; Offenheit; Ort; Platz; Punktion; Schlitz; Schnitt; Spalte; Start; Unbefangenheit; Undichtigkeit; Wahrheitssinn; Zwischenraum; undichte Stelle; Öffnung
ano Anus; Arsch; Hintern; Schließmuskel
bache Arsch; Hintern Armenviertel; Barackenviertel; Delle; Depression; Dorf; Einbruch; Einsturz; Elendviertel; Loch; Nest; Ort; Platz; Schlaffheit; Schlappheit; Unbehagen; Unterkante; Vertiefung; Zusammenbruch; Zusammensturz
culo Arsch; Gesäß; Hintern Pobacke
nalgas Arsch; Gesäß; Hintern Pobacke

Synoniemen voor "Hintern":


Wiktionary: Hintern

Hintern
noun
  1. menschliches Körperteil, auf dem gesessen wird

Cross Translation:
FromToVia
Hintern nalgas hinder — slang: buttocks
Hintern trasero posterior — buttocks
Hintern nalgas tail — tail-end of a creature
Hintern trasero; culo kont — de billen, het achterwerk
Hintern posaderas; nalgas; culo; trasero achterwerk — achterste deel