Home ->Woordenboeken ->Duits/Spaans ->Zoek: Label

Duitse en Spaanse zoekresultaten voor: Label

Overzicht

Duits naar Spaans: Meer gegevens...

Label:
- etiqueta; rótulo; pegatina; adhesivo
Wiktionary:
- Label → marca

Duits

Uitgebreide vertaling voor Label (Duits) in het Spaans

Label:

Label [das ~] zelfstandig naamwoord

Label (Aufkleber; Etikett; Sticker; Plakatkleber)
la etiqueta; el rótulo; la pegatina; el adhesivo
- etiqueta [la ~] zelfstandig naamwoord
- rótulo [el ~] zelfstandig naamwoord
- pegatina [la ~] zelfstandig naamwoord
- adhesivo [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Label:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
adhesivo	Aufkleber; Etikett; Label; Plakatkleber; Sticker	Klebemittel; Klebstoff
etiqueta	Aufkleber; Etikett; Label; Plakatkleber; Sticker	Abzeichen; Anstand; Anstandslehre; Anständigkeit; Banderole; Beschriftung; Bezeichnung; Blende; Brandzeichen; Ehrlichkeit; Erkennungszeichen; Etikett; Höflichkeit; Kennzeichen; Markierung; Merkmal; Merkzeichen; Notiztag; RFID-Transponder; Schick; Sittlichkeit; Sittsamkeit; Streifen; Tag; Vermerk
pegatina	Aufkleber; Etikett; Label; Plakatkleber; Sticker	Aufkleber; Sticker
rótulo	Aufkleber; Etikett; Label; Plakatkleber; Sticker	Abzeichen; Brandzeichen; Erkennungszeichen; Kennzeichen; Markierung; Merkmal; Merkzeichen; Vermerk
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
adhesivo		klebend

Synoniemen voor "Label":

Wortmarke
Aufdruck; Etikett

Wiktionary: Label

Cross Translation:

From	To	Via
• Label	→ marca	↔ brand — name, symbol, logo
• Label	→ marca	↔ merk — een kenteken aangebracht ter identificatie van iets