Overzicht
Duits naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. Wirklichkeit:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Wirklichkeit (Duits) in het Spaans

Wirklichkeit:

Wirklichkeit [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Wirklichkeit (Realität; Gewißheit; Halt; Festigkeit)
    la realidad
  2. die Wirklichkeit (Wesenheit; Essenz)
    la realidad; la esencia
    • realidad [la ~] zelfstandig naamwoord
    • esencia [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Wirklichkeit:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
esencia Essenz; Wesenheit; Wirklichkeit Blutpumpe; Essenz; Hauptpunkt; Hauptsache; Herz; Kern; Wesen; Zentrum
realidad Essenz; Festigkeit; Gewißheit; Halt; Realität; Wesenheit; Wirklichkeit

Synoniemen voor "Wirklichkeit":


Wiktionary: Wirklichkeit

Wirklichkeit
noun
  1. Plural selten: die auf Tatsachen beruhende äußere Welt

Cross Translation:
FromToVia
Wirklichkeit realidad werkelijkheid — de omstandigheden zoals deze daadwerkelijk bestaan
Wirklichkeit realidad reality — state of being actual or real
Wirklichkeit de hecho en fait — Réellement, effectivement, au fond, quelles que soient les apparences.
Wirklichkeit realidad réalitéexistence effectif.