Overzicht
Duits naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. ausrechnen:


Duits

Uitgebreide vertaling voor ausrechnen (Duits) in het Spaans

ausrechnen: (*Woord en zin splitter gebruikt)

Spelling Suggesties voor: ausrechnen

ausrechnen:


Synoniemen voor "ausrechnen":


Wiktionary: ausrechnen


Cross Translation:
FromToVia
ausrechnen calcular calculate — (transitive) to determine value
ausrechnen contar; calcular reckon — to count; to enumerate; to number; also, to compute; to calculate
ausrechnen calcular calculeren — rekenen

Computer vertaling door derden: