Overzicht
Duits naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. ersparen:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor ersparen (Duits) in het Spaans

ersparen:


Vertaal Matrix voor ersparen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ahorrar die Ausgaben einschränken; ersparen; sparen Geld auf der Bank tun; abbauen; abschwächen; ansammeln; aufbewahren; ausstellen; austeilen; begünstigen; bevorrechten; bevorzugen; bewilligen; die Ausgaben einschränken; einreichen; einschenken; einschränken; erlauben; erweisen; fallen; fortnehmen; geben; genehmigen; gewähren; gießen; gutheißen; gönnen; herabmindern; herabsetzen; kürzen; mindern; nachlassen; reduzieren; sammeln; scharen; schenken; schmälern; schrumpfen; schwinden; schwächen; setzen; sich einschränken; sinken; sparen; sparsamer leben; spenden; stiften; verehren; vergönnen; verknappen; vermindern; verringern; versammeln; verschenken; versiegen; wegnehmen; zuerkennen; zurückgehen; zusammengehen; übrigbehalten
economizar die Ausgaben einschränken; einschränken; ersparen; kürzertreten; sicheinschränken; sparen; sparsamerleben Geld auf der Bank tun; ansammeln; aufbewahren; die Ausgaben einschränken; einschränken; feilschen; knabbern; knausern; mindern; reduzieren; sammeln; schachern; scharen; sich einschränken; sparen; sparsamer leben; vermindern; versammeln; zwacken; übrigbehalten
gastar menos die Ausgaben einschränken; ersparen; sparen
reducir los gastos die Ausgaben einschränken; ersparen; sparen

Synoniemen voor "ersparen":


Wiktionary: ersparen


Cross Translation:
FromToVia
ersparen economizar; ahorrar économiserdépenser avec ménagement, avec le souci d’épargner.
ersparen ahorrar; economizar épargner — Ménager quelque chose, ne l’employer qu’avec réserve.