Home ->Woordenboeken ->Duits/Spaans ->Vertaal Anhang

Vertaal Anhang van Duits naar Spaans

Overzicht

Duits naar Spaans: Meer gegevens...

Anhang:
- apéndice; anexo; adición; suplemento; addenda; artículo suplementario
Wiktionary:
- Anhang → apéndice, archivo adjunto

Duits

Uitgebreide vertaling voor Anhang (Duits) in het Spaans

Anhang:

Anhang [der ~] zelfstandig naamwoord

der Anhang (Zusatz; Anfüllung; Ergänzung; Zufügung; Supplement; Beifügung; Nachtrag; Erweiterung; Appendix)
el apéndice; el anexo; la adición; el suplemento; el addenda; el artículo suplementario
- apéndice [el ~] zelfstandig naamwoord
- anexo [el ~] zelfstandig naamwoord
- adición [la ~] zelfstandig naamwoord
- suplemento [el ~] zelfstandig naamwoord
- addenda [el ~] zelfstandig naamwoord
- artículo suplementario [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Anhang:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
addenda	Anfüllung; Anhang; Appendix; Beifügung; Ergänzung; Erweiterung; Nachtrag; Supplement; Zufügung; Zusatz
adición	Anfüllung; Anhang; Appendix; Beifügung; Ergänzung; Erweiterung; Nachtrag; Supplement; Zufügung; Zusatz	Addieren; Addierung; Addition; Additiv; Aneinanderreihung; Ansatzrohr; Ansatzstück; Aufzählung; Beifügung; Beiordnung; Hinzufügung; Summe; Supplement; Zufügung; Zulage; Zusammenzählung; Zusatz; Zuzählung; Zählung
anexo	Anfüllung; Anhang; Appendix; Beifügung; Ergänzung; Erweiterung; Nachtrag; Supplement; Zufügung; Zusatz	Additiv; Anbau; Anlage; Ausbau; Beifügung; Beilage; Dependance; Erweiterung; Hinzufügung; Nebengebäude; Supplement; Vergrößerung; Vorbau; Zufügung; Zulage; Zusatz; Zweigstelle
apéndice	Anfüllung; Anhang; Appendix; Beifügung; Ergänzung; Erweiterung; Nachtrag; Supplement; Zufügung; Zusatz	Additiv; Appendix; Beifügung; Bilnddarm; Blinddarm; Hinzufügung; Supplement; Zufügung; Zulage; Zusatz
artículo suplementario	Anfüllung; Anhang; Appendix; Beifügung; Ergänzung; Erweiterung; Nachtrag; Supplement; Zufügung; Zusatz
suplemento	Anfüllung; Anhang; Appendix; Beifügung; Ergänzung; Erweiterung; Nachtrag; Supplement; Zufügung; Zusatz	Additiv; Aufgeld; Aufschlag; Beendung; Beibezahlung; Beifügung; Bonus; Ergänzung; Erweiterung; Extravergütung; Fertigstellung; Gewinnanteil; Gewinnausschüttung; Gratifikation; Hinzufügung; Nachtrag; Prämie; Supplement; Tantieme; Vollendung; Zufügung; Zulage; Zusatz; Zuschlag
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
anexo		anbei; beigefügt; beigeschlossen; beiliegend; eingeschlossen; umzingelt

Synoniemen voor "Anhang":

Begleitperson; Begleitung; Gefolge; Charakter; Einzelwesen; Individuum; Mensch; Person; Persönlichkeit; Subjekt; Typ
Addendum; Annex; Appendix; Attachment; Beilage; Ergänzung; Nachtrag; Zusatz

Wiktionary: Anhang

Cross Translation:

From	To	Via
• Anhang	→ apéndice	↔ appendix — text added to the end of a book or an article
• Anhang	→ archivo adjunto	↔ attachment — file sent along with an email
• Anhang	→ apéndice	↔ annexe — Ce qui est rattaché à un élément principal.
• Anhang	→ apéndice	↔ appendice — Ce qui semble appendre, ajouter à une autre chose. On trouve plus rarement son synonyme : appendage.