Duits

Uitgebreide vertaling voor Deut (Duits) in het Spaans

Deut:

Deut [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Deut (Heller)
    el dinero; el pasta; el recursos; la mosca; la pelas; la plata; la moneda; el céntimos
    • dinero [el ~] zelfstandig naamwoord
    • pasta [el ~] zelfstandig naamwoord
    • recursos [el ~] zelfstandig naamwoord
    • mosca [la ~] zelfstandig naamwoord
    • pelas [la ~] zelfstandig naamwoord
    • plata [la ~] zelfstandig naamwoord
    • moneda [la ~] zelfstandig naamwoord
    • céntimos [el ~] zelfstandig naamwoord
  2. der Deut
    la pizca; el ápice; la pequeñez de nada

Vertaal Matrix voor Deut:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
céntimos Deut; Heller Cente; Geld; Gelder; Knete; Kohle; Mûnze; kleines Geld
dinero Deut; Heller Cente; Geld; Gelder; Knete; Kohle; Mûnze; kleines Geld
moneda Deut; Heller Geld; Geldsorte; Geldsorten; Geldspecie; Geldstück; Geldwährung; Gulden; Marke; Münze; Münzsorte; Ordenszeichen; Pfennig; Valuta; Währung; Währungseinheit
mosca Deut; Heller Fliege; Gewitterfliege
pasta Deut; Heller Beute; Brei; Holzbrei; Klöße; Knödel; Nudeln; Pasta; Sore
pelas Deut; Heller
pequeñez de nada Deut es ist mir Wurst; keine Spur
pizca Deut Ahnung; Prise; Schimmer; Spur
plata Deut; Heller Cente; Geld; Gelder; Knete; Kohle; Mûnze; Silber; kleines Geld
recursos Deut; Heller Cente; Geld; Gelder; Knete; Kohle; Mûnze; Personal; kleines Geld
ápice Deut Gipfel; Haarbreit; Spitze