Overzicht


Duits

Uitgebreide vertaling voor Gedröhne (Duits) in het Spaans

Gedröhne:

Gedröhne [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Gedröhne (Dröhnen; Gedröhn)
    el rimbombar; el resonar; el retumbar
  2. Gedröhne (Gedröhn; Schlagen; Getöse; Stampfen)
    el latido; el golpeo; el pataleo; el golpeteo
    • latido [el ~] zelfstandig naamwoord
    • golpeo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • pataleo [el ~] zelfstandig naamwoord
    • golpeteo [el ~] zelfstandig naamwoord
  3. Gedröhne
    el estruendo; el retumbo; el rimbombar

Vertaal Matrix voor Gedröhne:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
estruendo Gedröhne Abstürzen; Andrang; Aufruhr; Ausbruch; Ausladung; Betrieb; Explosion; Gebrüll; Geheule; Gekreisch; Gepolter; Geräusch; Geschrei; Getobe; Getöse; Krach; Kreischen; Lärm; Radau; Rummel; Schreien; Skandal; Spektakel; Spuk; Strudel; Trara; Trubel; Tumult; Umtrieb; Windgetöse; Windheulen; Zetergeschrei; plötzlliche Enladung; starkeVerkehr
golpeo Gedröhn; Gedröhne; Getöse; Schlagen; Stampfen
golpeteo Gedröhn; Gedröhne; Getöse; Schlagen; Stampfen Gehämmer; Geklapper; Geklirr; Gepolter; Klopfen; hammergeklopf
latido Gedröhn; Gedröhne; Getöse; Schlagen; Stampfen Klopfen; Takt
pataleo Gedröhn; Gedröhne; Getöse; Schlagen; Stampfen Eintreten; Gedröhn; Gestrampel; Getrampel; Gezappel
resonar Dröhnen; Gedröhn; Gedröhne
retumbar Dröhnen; Gedröhn; Gedröhne
retumbo Gedröhne
rimbombar Dröhnen; Gedröhn; Gedröhne
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
resonar aufs neue machen; dröhnen; echoen; einnieten; einsetzen; einüben; erhallen; erneuern; erschallen; ertönen; hallen; krachen; mitschwingen; nachhallen; nachher noch ein wenig plaudern; nachpladdern; nachplappern; nachsagen; nachsprechen; reflektieren; resonieren; schallen; schmettern; widerhallen; widerschallen; widersprechen; wiederholen; zurückspielen; zurückwerfen
retumbar brummeln; brummen; dröhnen; echoen; erhallen; erschallen; ertönen; grunzen; knurren; krachen; mitschwingen; murren; nachhallen; reflektieren; resonieren; schallen; schmettern; widerhallen; widerschallen; zurückspielen; zurückwerfen