Overzicht
Duits naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. Inhalieren:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Inhalieren (Duits) in het Spaans

Inhalieren:

Inhalieren [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Inhalieren (Aufschnauben; Einatmen)
    el aspirar; el inhalar
    • aspirar [el ~] zelfstandig naamwoord
    • inhalar [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Inhalieren:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aspirar Aufschnauben; Einatmen; Inhalieren
inhalar Aufschnauben; Einatmen; Inhalieren
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aspirar abholen; anstreben; auffischen; aufholen; beabsichtigen; bestreben; bezwecken; erstreben; etwas abholen; hissen; hochziehen; holen; saugen; schlucken; schlürfen; schnupfen; schnuppern; staubsaugen; trachten; ziehen
inhalar abholen; auffischen; aufholen; aufziehen; den Rauch in die Lunge einatmen; durch die Nase einziehen; einatmen; einschnauben; einschnupfen; einziehen; etwas abholen; hissen; hochziehen; holen; inhalieren; schnauben; schnaufen; schnupfen; schnuppern; schnüffeln; ziehen

Synoniemen voor "Inhalieren":