Overzicht
Duits naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. Putzen:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Putzen (Duits) in het Spaans

Putzen:

Putzen [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Putzen (Saubermachen; Reinigen)
    la limpieza

Vertaal Matrix voor Putzen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
limpieza Putzen; Reinigen; Saubermachen Anstand; Anständigkeit; Artigkeit; Aufrichtigkeit; Ehrlichkeit; Fleckenlosigkeit; Geplegtheit; Geradheit; Höflichkeit; Keuschheit; Makellosigkeit; Offenheit; Reinheit; Reinigen; Reinigung; Reinigungsarbeit; Reinlichheit; Sauber machen; Sauberkeit; Scheuern; Schicklichkeit; Sittlichkeit; Sittsamkeit; Säuberung; Tadelosigkeit; Unschuld; Waschen; grosse Reinmachung

Wiktionary: Putzen


Cross Translation:
FromToVia
Putzen purga purge — the act of purging

Verwante vertalingen van Putzen