Overzicht
Duits naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. vollmundig:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor vollmundig (Duits) in het Spaans

vollmundig:

vollmundig bijvoeglijk naamwoord

  1. vollmundig
    abierto; sincero; franco; incondicional

Vertaal Matrix voor vollmundig:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
franco Franc; Frank
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
abierto vollmundig angebrochen; aufgeschlossen; aufgesprungen; aufrichtig; aus vollem Halse; aus voller Kehle; empfänglich; fair; fein; frei; freigegeben; freimütig; freisinnig; freizügig; gerade; geradeheraus; gerecht; geöffnet; herzlich; höflich; nicht dicht; nicht verschlossen; offen; offengesprungen; offenherzig; pur; rein; rundheraus; treu; treugesinnt; treuherzig; unbefangen; unumwunden; unverblühmt; unverblümt; unverfälscht; unverhohlen; zugänglich; öffentlich
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
franco vollmundig ehrlich; fidel; frachtfrei; franko; frei; freimütig; freisinnig; freizügig; gebührenfrei; gerade; kostenfrei; kostenlos; offen; portofrei; rechtschaffen; umsonst; unbedeckt; unbefangen; unbehelligt; unentgeltlich; ungehindert; unumwunden; unverblümt; unverhüllt; wahrhaft
incondicional vollmundig absolut; schief; unbedingt; verkehrt
sincero vollmundig anständig; aufrecht; aufrichtig; ehrenwert; ehrlich; fair; fein; fidel; gemeint; gerade; geradeheraus; gerecht; gewaltig; gutgemeint; heftig; herzlich; inbrünstig; innig; intensiv; intim; korrekt; offen; offenherzig; pur; recht; rechtschaffen; redlich; tief; treugesinnt; treuherzig; unumwunden; unverblümt; vertraulich; vertraut; wahrhaft; wohlgemeint; zärtlich

Synoniemen voor "vollmundig":

  • übernehmend; den Mund zu voll nehmend
  • voll mundend

Wiktionary: vollmundig

vollmundig
adjective
  1. kräftig, intensiv, voll im Geschmack