Overzicht
Duits naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. vorbei:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor vorbei (Duits) in het Spaans

vorbei:

vorbei bijvoeglijk naamwoord

  1. vorbei (über; vorüber)
    sobre; por encima de
  2. vorbei (überholt)
    pasado de moda; anticuado

Vertaal Matrix voor vorbei:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
sobre Briefkuvert; Briefumschlag; Buchumschlag; Einband; Einschlag; Kuvert; Schutzumschlag; Umschlag
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
sobre Umschlag
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
anticuado vorbei; überholt ab jetzt; altertümlich; altmodisch; altväterisch; antik; aus; aushäusig; daraus; schal; unmodern; uralt; veraltet; zurückgeblieben
pasado de moda vorbei; überholt altertümlich; altmodisch; altväterisch; unmodern
por encima de vorbei; vorüber; über
sobre vorbei; vorüber; über darüber; über

Synoniemen voor "vorbei":


Wiktionary: vorbei


Cross Translation:
FromToVia
vorbei terminado; acabado over — ended

Verwante vertalingen van vorbei