Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Arche:
  2. Wiktionary:
Frans naar Duits:   Meer gegevens...
  1. arche:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Arche (Duits) in het Frans

Arche:

Arche [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Arche
    l'arche; le bateau-maison; le bateau-logement; la péniche habitable; la maison flottante

Vertaal Matrix voor Arche:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
arche Arche Biegung; Bogen; Ehrung; Rundung; Wölbung
bateau-logement Arche
bateau-maison Arche
maison flottante Arche
péniche habitable Arche

Wiktionary: Arche

Arche
noun
  1. Religion: Rettungsboot Noahs
  2. übertragen: Ort des Schutzes, Überlebens, der Geborgenheit

Cross Translation:
FromToVia
Arche arche ark — Noah's ship



Frans

Uitgebreide vertaling voor Arche (Frans) in het Duits

arche:

arche [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'arche (arcade; courbe; voûte; arc)
    der Bogen; die Wölbung; die Biegung; die Rundung
    • Bogen [der ~] zelfstandig naamwoord
    • Wölbung [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Biegung [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Rundung [die ~] zelfstandig naamwoord
  2. l'arche (péniche habitable; bateau-maison; bateau-logement; maison flottante)
    die Arche
    • Arche [die ~] zelfstandig naamwoord
  3. l'arche (honneur; voûte; rondeur; flexion)
    die Biegung; die Ehrung
    • Biegung [die ~] zelfstandig naamwoord
    • Ehrung [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor arche:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Arche arche; bateau-logement; bateau-maison; maison flottante; péniche habitable
Biegung arc; arcade; arche; courbe; flexion; honneur; rondeur; voûte boucle; coude; courbe; flexion; giration; inclinaison; inclination; rotation; révolution; sinuosité; tournant; virage
Bogen arc; arcade; arche; courbe; voûte arc; archet; courbe; courbement; courbure; racloire; radoire
Ehrung arche; flexion; honneur; rondeur; voûte hommage; hommages; installation; marque d'honneur
Rundung arc; arcade; arche; courbe; voûte courbe; courbement; ogive; rondeur
Wölbung arc; arcade; arche; courbe; voûte bibine; courbe; courbement; courbure; rondeur; tournant

Synoniemen voor "arche":


Wiktionary: arche

arche
noun
  1. Partie cintrer d’un pont, d’un aqueduc, d’un viaduc sous laquelle l’eau passer ou sous laquelle circulent les voyageurs.
arche
noun
  1. Bauwesen: Bereich zwischen zwei Brückenpfeilern
  2. Bauwesen: Bauteil über Öffnungen und Raum zum Tragen darüberliegender Bauteile
  3. Religion: Rettungsboot Noahs
  4. übertragen: Ort des Schutzes, Überlebens, der Geborgenheit

Cross Translation:
FromToVia
arche Bogen arch — inverted U shape
arche Arche ark — Noah's ship
arche Wohnschiff; Hausboot ark — een vaartuig om in te wonen