Overzicht


Duits

Uitgebreide vertaling voor Apparatur (Duits) in het Frans

Apparatur:

Apparatur [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Apparatur (Gerät; Apparat)
    l'appareil; le matériel; le dispositif; l'instrument; l'outil
  2. die Apparatur (Apparat)
    l'appareil; l'instrument; le truc; la machine; l'engin; l'outil; l'objet; le gadget
    • appareil [le ~] zelfstandig naamwoord
    • instrument [le ~] zelfstandig naamwoord
    • truc [le ~] zelfstandig naamwoord
    • machine [la ~] zelfstandig naamwoord
    • engin [le ~] zelfstandig naamwoord
    • outil [le ~] zelfstandig naamwoord
    • objet [le ~] zelfstandig naamwoord
    • gadget [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Apparatur:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
appareil Apparat; Apparatur; Gerät Apparat; Gebrauchsgegenstand; Gerät; Handy; Maschine; Mobiltelefon
dispositif Apparat; Apparatur; Gerät
engin Apparat; Apparatur
gadget Apparat; Apparatur Gadget; Modeartikel; Neuigkeit
instrument Apparat; Apparatur; Gerät Gerät; Handwerkzeug; Werkzeug
machine Apparat; Apparatur Computer; Gerät; Maschine
matériel Apparat; Apparatur; Gerät Ausrüstung; Ausschmückung; Ausstaffierung; Ausstattung; Benötigte; Erforderliche; Girlande; Hardware; Material; Verzierung; Zierde
objet Apparat; Apparatur Artikel; Ding; Gegenstand; Gegenstände; Gerät; Objekt; Sache; Sachen; Ware; Zeug
outil Apparat; Apparatur; Gerät Gerät; Handwerkzeug; Tool; Werkzeug
truc Apparat; Apparatur Artikel; Ding; Gegenstand; Gegenstände; Gerät; Gimmick; Kniff; Kunstgriff; Kunststück; Objekt; Sache; Sachen; Trick; Ware; Zauberkunststück; Zaubertrick; Zeug
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
matériel irdisch; materiell; profan; stofflich; säkular; weltlich

Synoniemen voor "Apparatur":


Computer vertaling door derden: