Duits
Uitgebreide vertaling voor zusammenzucken (Duits) in het Frans
zusammenzucken: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- zusammen: commun; tous les deux; à deux; conjoint; concerté; conjointement; en somme; de concert; ensemble; collectif; en commun; réuni; mis ensemble; l'un sur l'autre; l'un contre l'autre
- zucken: trembler; frémir; frissonner; tressaillir; grelotter; vibrer; trembloter; avoir des convulsions; frémir d'horreur
Spelling Suggesties voor: zusammenzucken
- Searching for suggestions...
Computer vertaling door derden:
Frans
Suggesties voor zusammenzucken in het Frans
Spelling Suggesties voor: zusammenzucken
- Searching for suggestions...
Computer vertaling door derden: