Duits

Uitgebreide vertaling voor Mann (Duits) in het Frans

Mann:

Mann [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Mann (Gemahl; Gatte)
    l'époux
    • époux [le ~] zelfstandig naamwoord
  2. der Mann (Ehegatte; Partner; Gemahl; Lebenspartner; Gatte)
    l'époux; le partenaire; le mari; le compagnon; le conjoint
    • époux [le ~] zelfstandig naamwoord
    • partenaire [le ~] zelfstandig naamwoord
    • mari [le ~] zelfstandig naamwoord
    • compagnon [le ~] zelfstandig naamwoord
    • conjoint [le ~] zelfstandig naamwoord
  3. der Mann (Kerl; Kerlchen; Bursche; Bruder; Geselle)
    le monsieur; l'homme; le gars; le mec; le zèbre; le type
    • monsieur [le ~] zelfstandig naamwoord
    • homme [le ~] zelfstandig naamwoord
    • gars [le ~] zelfstandig naamwoord
    • mec [le ~] zelfstandig naamwoord
    • zèbre [le ~] zelfstandig naamwoord
    • type [le ~] zelfstandig naamwoord
  4. der Mann (männliche Person; Kumpel; Weib; )
    l'homme; la personne du sexe masculin; l'individu
  5. der Mann (Gattin; Frau; Weib; )
    la femme; l'épouse; la compagne; la partenaire
    • femme [la ~] zelfstandig naamwoord
    • épouse [la ~] zelfstandig naamwoord
    • compagne [la ~] zelfstandig naamwoord
    • partenaire [la ~] zelfstandig naamwoord
  6. der Mann (Typ; Kerl)
    le gaillard; l'homme; le mec; le gars; le type
    • gaillard [le ~] zelfstandig naamwoord
    • homme [le ~] zelfstandig naamwoord
    • mec [le ~] zelfstandig naamwoord
    • gars [le ~] zelfstandig naamwoord
    • type [le ~] zelfstandig naamwoord
  7. der Mann (Gatte; Gattin; Frau; )
    l'épouse; la femme; la partenaire
    • épouse [la ~] zelfstandig naamwoord
    • femme [la ~] zelfstandig naamwoord
    • partenaire [la ~] zelfstandig naamwoord
  8. der Mann (Kammerdiener; Hausdiener; Geselle; )
    le valet de chambre; l'homme; l'humanité; le domestique; le valet; l'individu; le laquais; l'être humain; le genre humain
  9. der Mann
    l'homme
    • homme [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Mann:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
compagne Frau; Gatte; Gattin; Gemahl; Gemahlin; Mann; Weib Begleiter; Frau; Freund; Gattin; Gefährte; Gefährtin; Gemahlin; Genosse; Geselle; Gesellin; Kamerad; Kompagnon; Kumpel; Macker; Mitinhaber; Teihaber; Weib
compagnon Ehegatte; Gatte; Gemahl; Lebenspartner; Mann; Partner Ehepartner; Firmeninhaber; Freund; Gefährte; Gefährtin; Genosse; Geselle; Gesellschafter; Kamerad; Kompagnon; Kumpel; Lebensgefährte; Macker; Mitinhaber; Mitstreiter; Parteigänger; Partner; Sozius; Teihaber; Teilhaber
conjoint Ehegatte; Gatte; Gemahl; Lebenspartner; Mann; Partner Ehepartner; Lebensgefährte; Partner
domestique Bediente; Diener; Geselle; Gestalt; Hausdiener; Hecht; Herr; Kammerdiener; Kerl; Knecht; Mann; Stallknecht Assistent; Aushilfe; Bauernknecht; Bediente; Diener; Dienstbote; Dienstmädchen; Gehilfe; Gehilfin; Geselle; Hausdiener; Haushaltsaushilfskraft; Haushaltshilfe; Helfer; Herrenknecht; Hilfe; Kammerdiener; Knecht; Mensch; Menschenkind; Mitarbeiter; Person; Sekundant; Stallknecht
femme Ehehälfte; Frau; Gatte; Gattin; Gemahl; Gemahlin; Mann; Weib Frau; Frauenzimmer; Fräulein; Gattin; Gemahlin; Hausfrau; Lebensgefährtin; Weib; Weibsbild
gaillard Kerl; Mann; Typ Ekel; Herr; Iltis; Lausbub; Lump; Schalk; Scherzbold; Schmierfink; Schmutzfink; Schurke; Subjekt; Taugenichts
gars Bruder; Bursche; Geselle; Kerl; Kerlchen; Mann; Typ Kerl; Tröpfe
genre humain Bediente; Diener; Geselle; Gestalt; Hausdiener; Hecht; Herr; Kammerdiener; Kerl; Knecht; Mann; Stallknecht Mensch; Menschenkind; Menschheit; Person
homme Bediente; Bruder; Bursche; Diener; Freund; Gatte; Gefährte; Gemahl; Geselle; Gestalt; Hausdiener; Hecht; Herr; Kammerdiener; Kerl; Kerlchen; Knecht; Kumpel; Mann; Partner; Stallknecht; Teilhaber; Typ; Weib; männliche Person Ehepartner; Einzelwesen; Figur; Gestalt; Herr; Lebensgefährte; Mensch; Menschenkind; Partner; Person; Subjekt; Wesen
humanité Bediente; Diener; Geselle; Gestalt; Hausdiener; Hecht; Herr; Kammerdiener; Kerl; Knecht; Mann; Stallknecht Mensch; Menschenfreundlichkeit; Menschenkind; Menschheit; Person
individu Bediente; Diener; Freund; Gatte; Gefährte; Gemahl; Geselle; Gestalt; Hausdiener; Hecht; Herr; Kammerdiener; Kerl; Knecht; Kumpel; Mann; Partner; Stallknecht; Teilhaber; Weib; männliche Person Einzelgänger; Einzelne; Einzelperson; Einzelwesen; Erzeugnis; Figur; Gebilde; Geschöpf; Gestalt; Herrschaft; Individuen; Individuum; Mensch; Menschenkind; Person; Sterbliche; Wesen
laquais Bediente; Diener; Geselle; Gestalt; Hausdiener; Hecht; Herr; Kammerdiener; Kerl; Knecht; Mann; Stallknecht Hausdiener; Herrenknecht; Kammerdiener
mari Ehegatte; Gatte; Gemahl; Lebenspartner; Mann; Partner Ehepartner; Lebensgefährte; Partner
mec Bruder; Bursche; Geselle; Kerl; Kerlchen; Mann; Typ Bengel; Flegel; Frechdachs; Gauner; Lausbube; Lausejunge; Lümmel; Racker; Rüpel; Schelm; Straßenjunge; Taugenichts
monsieur Bruder; Bursche; Geselle; Kerl; Kerlchen; Mann Herr; Subjekt; mein Herr
partenaire Ehegatte; Ehehälfte; Frau; Gatte; Gattin; Gemahl; Gemahlin; Lebenspartner; Mann; Partner; Weib Begleiter; Firmeninhaber; Frau; Freund; Gattin; Gefährte; Gefährtin; Gemahlin; Genosse; Geselle; Gesellin; Gesellschafter; Kamerad; Kompagnon; Komplize; Kumpel; Macker; Mitinhaber; Mitkämpfer; Partner; Sozius; Teilhaber; Weib
personne du sexe masculin Freund; Gatte; Gefährte; Gemahl; Kerl; Kumpel; Mann; Partner; Teilhaber; Weib; männliche Person
type Bruder; Bursche; Geselle; Kerl; Kerlchen; Mann; Typ Art; Beispiel; Bube; Entwurf; Exempel; Exemplar; Figur; Form; Gattung; Geck; Gestalt; Herr; Kauz; Kerl; Kleine; Knabe; Koloß; Modell; Monstrum; Muster; Probe; Riese; Sorte; Stutzer; Subjekt; Typ; Ungetüm; Vogel
valet Bediente; Diener; Geselle; Gestalt; Hausdiener; Hecht; Herr; Kammerdiener; Kerl; Knecht; Mann; Stallknecht Assistent; Aushilfe; Bauernknecht; Bediente; Boy; Diener; Gehilfe; Gehilfin; Geselle; Hausdiener; Helfer; Herrenknecht; Hilfe; Kammerdiener; Knecht; Malergeselle; Mitarbeiter; Sekundant; Stallknecht; kleiner Knecht
valet de chambre Bediente; Diener; Geselle; Gestalt; Hausdiener; Hecht; Herr; Kammerdiener; Kerl; Knecht; Mann; Stallknecht Aushilfe; Bauernknecht; Hausdiener; Herrenknecht; Hilfe; Kammerdiener; Knecht; Stallknecht
zèbre Bruder; Bursche; Geselle; Kerl; Kerlchen; Mann
épouse Ehehälfte; Frau; Gatte; Gattin; Gemahl; Gemahlin; Mann; Weib Ehehälfte; Ehepartner; Frau; Gattin; Gemahlin; Lebensgefährte; Lebensgefährtin; Partner; Weib
époux Ehegatte; Gatte; Gemahl; Lebenspartner; Mann; Partner Ehehälfte; Ehepartner; Lebensgefährte; Partner
être humain Bediente; Diener; Geselle; Gestalt; Hausdiener; Hecht; Herr; Kammerdiener; Kerl; Knecht; Mann; Stallknecht Mensch; Menschenkind; Person
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
partenaire Partner
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
conjoint gemein; gemeinsam; gemeinschaftlich; miteinander; zusammen
domestique folgsam; gefügig; gehorsam; haushaltlich; zahm

Synoniemen voor "Mann":


Wiktionary: Mann

Mann
noun
  1. Plural 2: Mitglied einer Anhängerschaft, Gefolgschaft von jemandem
  2. Verkürzung von Ehemann
  3. kein Plural: Anrede/Interjektion: Ausruf des Erstaunens oder der Verärgerung
  4. erwachsener, männlicher Mensch
  5. Plural 3: Zahlklassifikator im militärischen, seemännischen und ähnlichen Sprachgebrauch
Mann
noun
  1. Être humain adulte de sexe masculin.
  2. Époux.
  3. homme dans l’espèce humaine.

Cross Translation:
FromToVia
Mann Homme Man — genus Homo
Mann mari; époux husband — male partner in marriage
Mann homme male — human of masculine sex or gender
Mann homme man — adult male human
Mann homme man — persoon van het mannelijk geslacht

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van Mann