Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Argwohn:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Argwohn (Duits) in het Frans

Argwohn:

Argwohn [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Argwohn (Mißtrauen)
    la méfiance; la suspicion; la défiance
  2. der Argwohn (Mißtrauen)
    la méfiance; la défiance; le soupçon

Vertaal Matrix voor Argwohn:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
défiance Argwohn; Mißtrauen Defizit
méfiance Argwohn; Mißtrauen
soupçon Argwohn; Mißtrauen Abglanz; Ahnung; Angewohnheit; Annahme; Annehmen; Deut; Eingebung; Glaube; Schein; Schuß; Spritzer; Spur; Verdacht; Vermuten; Vermutung; Voraussetzung; Vorgefühl
suspicion Argwohn; Mißtrauen Ahnung; Eingebung; Verdacht; Vermutung; Vorgefühl

Synoniemen voor "Argwohn":


Wiktionary: Argwohn

Argwohn
noun
  1. Verdacht, Misstrauen
Argwohn
noun
  1. Opinion ou croyance désavantageuse, accompagnée de doute (1)
  2. soupçon ; action de tenir pour suspect.

Cross Translation:
FromToVia
Argwohn méfiance; défiance distrust — lack of trust or confidence
Argwohn suspicion suspicion — act of suspecting something or someone, especially of something wrong