Overzicht
Duits naar Frans: Meer gegevens...
-
Bauhandwerker:
-
Wiktionary:
Bauhandwerker → uvrier du bâtiment
-
Wiktionary:
Duits
Uitgebreide vertaling voor Bauhandwerker (Duits) in het Frans
Bauhandwerker: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- Bau: chantier; construction; bâtisse; secteur du bâtiment; constitution; structure; édification; réparation; rénovation; reconstruction; transformations; travaux d'amémagement; travaux de menuiserie; travaux de transformation; ordre; composition; classement; arrangement; mise en ordre; maison; immeuble; bâtiment; lot; édifice; parcelle; monument; lotissement; terrain à bâtir; parcelle de terrain; terrain vague; mise; application
- Handwerker: ouvrier; artisan; travailleur manuel
Spelling Suggesties voor: Bauhandwerker
- Searching for suggestions...
Wiktionary: Bauhandwerker
Bauhandwerker
noun
-
jemand, der einen Bauberuf erlernt hat
- Bauhandwerker → uvrier du bâtiment
Computer vertaling door derden:
Frans
Suggesties voor Bauhandwerker in het Frans
Spelling Suggesties voor: Bauhandwerker
- Searching for suggestions...
Computer vertaling door derden: