Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Kabel:
  2. Kabel-:
  3. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Kabel (Duits) in het Frans

Kabel:

Kabel [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Kabel (Kabelleitung; Leitung)
    le câble; la canalisation; la conduite; le cordage; le fil; le filet
    • câble [le ~] zelfstandig naamwoord
    • canalisation [la ~] zelfstandig naamwoord
    • conduite [la ~] zelfstandig naamwoord
    • cordage [le ~] zelfstandig naamwoord
    • fil [le ~] zelfstandig naamwoord
    • filet [le ~] zelfstandig naamwoord
  2. Kabel (elektrische Leitung)
    le câble; le fil; le cordage; la conduction; la canalisation; le fil conducteur
  3. Kabel (Schiffskabel)
    le câble; la corde
    • câble [le ~] zelfstandig naamwoord
    • corde [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Kabel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
canalisation Kabel; Kabelleitung; Leitung; elektrische Leitung Betriebsführung; Direktion; Geschäftsführung; Kanalisation; Kanalisierung
conduction Kabel; elektrische Leitung
conduite Kabel; Kabelleitung; Leitung Aktienkurs; Angestellten; Behutsamkeit; Betriebsführung; Bewirtschaftung; Direktion; Geschäftsführung; Haltung; Kurs; Lenkung; Notiz; Steuerung; Steuervorrichtung; Umsicht; Verhaltensweise
cordage Kabel; Kabelleitung; Leitung; elektrische Leitung Betriebsführung; Direktion; Elektrizitätsschnur; Geschäftsführung; Schiemannsgarn; Seemannsgarn
corde Kabel; Schiffskabel Bindfaden; Elektrizitätsschnur; Faden; Garn; Kabeltau; Kette; Kordel; Leine; Linie; Reihe; Saite; Schlange; Schnur; Seil; Serie; Spannschnur; Strich; Tau; Trosse; Zeile; Zugleine
câble Kabel; Kabelleitung; Leitung; Schiffskabel; elektrische Leitung Betriebsführung; Bindfaden; Direktion; Elektrizitätsschnur; Faden; Garn; Geschäftsführung; Kabeltau; Kette; Kordel; Leine; Linie; Reihe; Schlange; Schnur; Serie; Strich; Tau; Trosse; Zeile
fil Kabel; Kabelleitung; Leitung; elektrische Leitung Angelschnur; Betriebsführung; Bindfaden; Direktion; Draht; Elektrizitätsschnur; Faden; Fischleine; Fädchen; Fäserchen; Garn; Geschäftsführung; Kordel; Leine; Reihfaden; Schnur; Zwirn
fil conducteur Kabel; elektrische Leitung Stromdraht; Stromfaden
filet Kabel; Kabelleitung; Leitung Betriebsführung; Biese; Bindfaden; Binse; Blende; Direktion; Elektrizitätsschnur; Faden; Fangnetz; Filet; Filetstück; Garn; Geflecht; Geschäftsführung; Netz; Paspel; Reihe; Reihfaden; Rettungsnetz; Riedgras; Riedstengel; Schilf; Tennnisnetz; Zierleiste; Zierstreifen; Zungenband; Zwirn

Synoniemen voor "Kabel":


Wiktionary: Kabel

Kabel
noun
  1. Leitung zum Transport elektrischen Stroms beziehungsweise elektronischer Nachrichten
Kabel
noun
  1. arts|fr gros cordage formé de l’assemblage de plusieurs torons de chanvre, d’aloès, d’acier, etc.

Kabel-:

Kabel- bijvoeglijk naamwoord

  1. Kabel- (verkabelt)
    câblé

Vertaal Matrix voor Kabel-:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
câblé Kabel-; verkabelt