Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Marmelade:
  2. Wiktionary:
Frans naar Duits:   Meer gegevens...
  1. marmelade:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Marmelade (Duits) in het Frans

Marmelade:

Marmelade [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Marmelade
    la confiture
  2. die Marmelade
    la marmelade; la confiture
  3. die Marmelade (Fruchtgelee)
    la confiture; la confitures

Vertaal Matrix voor Marmelade:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
confiture Fruchtgelee; Marmelade Gelee; Sülze
confitures Fruchtgelee; Marmelade
marmelade Marmelade

Synoniemen voor "Marmelade":


Wiktionary: Marmelade

Marmelade
noun
  1. im übertragenen Sinne, umgangssprachlich: sich in lebhaftem Durcheinander bewegende und drängende Verkehrsteilnehmer
  2. nach einer EU-Verordnung: aus süßen Zitrusfrüchten bestehender Brotaufstrich
  3. mit Zucker eingekochtes Fruchtmark beziehungsweise eingekochte reife Früchte oder Beeren, die als Brotaufstrich verwendet werden
Marmelade
noun
  1. Mélange de sucre et de fruits

Cross Translation:
FromToVia
Marmelade confiture jam — sweet mixture of fruit boiled with sugar
Marmelade confiture jelly — jam
Marmelade → confiture d'oranges; confiture; marmelade d'oranges marmalade — jam
Marmelade confiture jam — een gelei van suiker en gekookt fruit, onder andere gebruikt als broodbeleg



Frans

Uitgebreide vertaling voor Marmelade (Frans) in het Duits

marmelade:

marmelade [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la marmelade (confiture)
    die Marmelade

Vertaal Matrix voor marmelade:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Marmelade confiture; marmelade confiture; confitures

Synoniemen voor "marmelade":


Wiktionary: marmelade

marmelade
noun
  1. nach einer EU-Verordnung: aus süßen Zitrusfrüchten bestehender Brotaufstrich