Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Schlemihl:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Schlemihl (Duits) in het Frans

Schlemihl:

Schlemihl [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Schlemihl (Schwächling)
    le flandrin; le chiffe; le mufle; le dadais
    • flandrin [le ~] zelfstandig naamwoord
    • chiffe [le ~] zelfstandig naamwoord
    • mufle [le ~] zelfstandig naamwoord
    • dadais [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Schlemihl:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
chiffe Schlemihl; Schwächling Fetzen; Flicken; Flicklappen; Lappen; Lumpen; Läppchen; Putztuch; Scheuerlappen; Schwächling; Stoffetzen; Stofflappen; Waschlappen; Wisch; Wischer; wertlose Zeug
dadais Schlemihl; Schwächling Dreckskerl; Fittich; Lump; Lümmel; Rüpel; Schuft; Stiesel; Tölpel; grobePerson; ungehobelte Klotz; ungeschliffene Kerl
flandrin Schlemihl; Schwächling
mufle Schlemihl; Schwächling Flegel; Grobian; Hundenase; Lümmel; Miststück; Mistweib; Rüpel; Schlingel; Schnautze einer Hund; Weibsstück

Synoniemen voor "Schlemihl":


Wiktionary: Schlemihl

Schlemihl
noun
  1. landschaftlich umgangssprachlich: jemand, der auf listige und durchtriebene Weise seine Ziele verfolgt; gerissener Mensch
  2. bildungssprachlich: jemand, dem (durch seine Einfältigkeit) nichts gelingt