Home ->Woordenboeken ->Duits/Frans ->Zoek: Schmelze

Duitse en Franse zoekresultaten voor: Schmelze

Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Schmelze:
  2. schmelzen:
  3. Wiktionary:

Duits

Uitgebreide vertaling voor Schmelze (Duits) in het Frans

Schmelze:

Schmelze [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Schmelze
    la masse fondue

Vertaal Matrix voor Schmelze:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
masse fondue Schmelze

Synoniemen voor "Schmelze":

  • flüssiges Gestein
  • Schneeschmelze

Wiktionary: Schmelze

Schmelze
Cross Translation:
FromToVia
• Schmelze → dégel ↔ thaw — the melting of ice, snow or other congealed matter

schmelzen:

schmelzen werkwoord (schmelze, schmilzest, schmilzt, schmolz, schmolzt, geschmolzen)

  1. schmelzen (tauen; auslassen; auftauen)
    fondre; dissoudre; se fondre; se liquéfier; dégeler
    • fondre werkwoord (fonds, fond, fondons, fondez, )
    • dissoudre werkwoord (dissous, dissout, dissolvons, dissolvez, )
    • se fondre werkwoord
    • se liquéfier werkwoord
    • dégeler werkwoord (dégèle, dégèles, dégelons, dégelez, )
  2. schmelzen (auftauen; tauen; auslassen; abtauen)
    fondre; dégeler; se liquéfier; devenir plus souple
    • fondre werkwoord (fonds, fond, fondons, fondez, )
    • dégeler werkwoord (dégèle, dégèles, dégelons, dégelez, )
    • se liquéfier werkwoord
  3. schmelzen (flüssigwerden)
    se liquéfier

Conjugations for schmelzen:

Präsens
  1. schmelze
  2. schmilzest
  3. schmilzt
  4. schmelzen
  5. schmelzt
  6. schmelzen
Imperfekt
  1. schmolz
  2. schmolzest
  3. schmolz
  4. schmolzen
  5. schmolzt
  6. schmolzen
Perfekt
  1. habe geschmolzen
  2. hast geschmolzen
  3. hat geschmolzen
  4. haben geschmolzen
  5. habt geschmolzen
  6. haben geschmolzen
1. Konjunktiv [1]
  1. schmelze
  2. schmelzest
  3. schmelze
  4. schmelzen
  5. schmelzet
  6. schmelzen
2. Konjunktiv
  1. schmölze
  2. schmölzest
  3. schmölze
  4. schmölzen
  5. schmölzt
  6. schmölzen
Futur 1
  1. werde schmelzen
  2. wirst schmelzen
  3. wird schmelzen
  4. werden schmelzen
  5. werdet schmelzen
  6. werden schmelzen
1. Konjunktiv [2]
  1. würde schmelzen
  2. würdest schmelzen
  3. würde schmelzen
  4. würden schmelzen
  5. würdet schmelzen
  6. würden schmelzen
Diverses
  1. schmelz!
  2. schmelzt!
  3. schmelzen Sie!
  5. geschmolzen
  6. schmelzend
1. ich, 2. du, 3. er/sie/es, 4. wir, 5. ihr, 6. sie/Sie

Vertaal Matrix voor schmelzen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
devenir plus souple abtauen; auftauen; auslassen; schmelzen; tauen
dissoudre auftauen; auslassen; schmelzen; tauen abreisen; aufbrechen; aufheben; auflösen; aufteilen; auseinanderfallen; fortreisen; ganz kaputt und auseinander holen; herauslösen; lösen; seineZelteabbrechen; spalten; trennen; verlassen; wegfahren; wegreisen; zerfallen; zerlegen; zersetzen
dégeler abtauen; auftauen; auslassen; schmelzen; tauen abtauen; auftauen; tauen
fondre abtauen; auftauen; auslassen; schmelzen; tauen abtauen; auftauen; durchbrennen; einschrumpfen; kompilieren; mindern; reduzieren; schrumpfen; schwinden; tauen; vermindern; verringern; verschmelzen; zerschmelzen; zusammenfügen; zusammenlegen; zusammenschmelzen; zusammenschrumpfen
se fondre auftauen; auslassen; schmelzen; tauen kompilieren; verschmelzen; zerschmelzen; zusammenfügen; zusammenlegen; zusammenschmelzen
se liquéfier abtauen; auftauen; auslassen; flüssigwerden; schmelzen; tauen

Synoniemen voor "schmelzen":

  • fritten; sintern
  • erweichen; flüssig werden
  • ausapern; dahinschmelzen; wegschmelzen; wegtauen

Wiktionary: schmelzen

schmelzen
verb
  1. flüssig machen
  2. flüssig werden
schmelzen
Cross Translation:
FromToVia
• schmelzen → se dissoudre; fondre ↔ melt — to change from a solid to a liquid
• schmelzen → fondre ↔ smelten — van vaste in vloeibare vorm overgaan







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0319 seconde
Page rendered in 1.0 seconds