Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Schnürsenkel:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Schnürsenkel (Duits) in het Frans

Schnürsenkel:

Schnürsenkel [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Schnürsenkel (Schuhband)
    le lacet
    • lacet [le ~] zelfstandig naamwoord

Schnürsenkel [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Schnürsenkel (Schuhbänder; Schnüre)
    le lacets
    • lacets [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Schnürsenkel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lacet Schnürsenkel; Schuhband
lacets Schnüre; Schnürsenkel; Schuhbänder Bindfäden; Schnüre; Seile

Synoniemen voor "Schnürsenkel":


Wiktionary: Schnürsenkel

Schnürsenkel
noun
  1. Schnur zum Binden von Schuhen
    • Schnürsenkellacet

Cross Translation:
FromToVia
Schnürsenkel lacet lace — cord for fastening a shoe or garment
Schnürsenkel lacet de soulier; lacet shoelace — for fastening a shoe