Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Zuspruch:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Zuspruch (Duits) in het Frans

Zuspruch:

Zuspruch [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Zuspruch (Ermutigung; Ermunterung; Anspornung)
    l'encouragement

Zuspruch [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Zuspruch (Ermunterung; Ermutigung)
    la consolation; le réconfort; l'encouragement

Vertaal Matrix voor Zuspruch:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
consolation Ermunterung; Ermutigung; Zuspruch Trost; Tröstung; Vertröstung
encouragement Anspornung; Ermunterung; Ermutigung; Zuspruch Anfeuern; Animieren; Anregen; Anregung; Anreiz; Anreizen; Ansporn; Anspornen; Anspornung; Anstoß; Anstoßen; Antreiben; Ermunterung; Ermutigung; Impuls; Reiz; Stimulanz; Triebkraft
réconfort Ermunterung; Ermutigung; Zuspruch Anfeuern; Anregen; Anspornen; Anspornung; Antreiben; Trost; Tröstung; Vertröstung

Synoniemen voor "Zuspruch":