Overzicht


Duits

Uitgebreide vertaling voor Fachwissen (Duits) in het Frans

Fachwissen:

Fachwissen [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Fachwissen (Wissenschaft; Wissen)
    la science; le savoir; la connaissance
  2. Fachwissen (Fachkenntnis)

Vertaal Matrix voor Fachwissen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
compétence professionnelle Fachkenntnis; Fachwissen
connaissance Fachwissen; Wissen; Wissenschaft Befugnis; Bekannte; Bekannter; Bekanntschaft; Einstellung; Fertigkeit; Geistererscheinung; Gelehrtheit; Geschicklichkeit; Geschicktheit; Gespenstererscheinung; Gewandtheit; Kenntnis; Kniff; Kompetenz; Kunst; Künste; Mitwissen; Sachverstand; Stimmung; Trick; Tüchtigkeit; Wissen; Wissenschaft; Zuständigkeit
connaissances professionnelles Fachkenntnis; Fachwissen
savoir Fachwissen; Wissen; Wissenschaft Fertigkeit; Fähigkeit; Gelehrtheit; Geschicklichkeit; Geschicktheit; Gewandtheit; Kenntnis; Kenntnisse; Kniff; Kunst; Können; Könnerschaft; Künste; Sachverstand; Trick; Tüchtigkeit; Wissen; Wissenschaft
science Fachwissen; Wissen; Wissenschaft Gelehrtheit; Kenntnis; Sachverstand; Wissen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
savoir dürfen; im Stande sein; kennen; können; mögen; sollen; wissen
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
connaissance Wissen

Synoniemen voor "Fachwissen":

  • Expertenwissen; Expertise; Fachkompetenz; Sachkompetenz; Spezialwissen

Wiktionary: Fachwissen


Cross Translation:
FromToVia
Fachwissen savoir-faire know-how — the knowledge and skill to be able to do something correctly