Overzicht


Duits

Uitgebreide vertaling voor Schreiner (Duits) in het Frans

Schreiner:

Schreiner [der ~] zelfstandig naamwoord

  1. der Schreiner (Möbeltischler; Tischler)
    le menuisier; l'ébéniste
  2. der Schreiner (Zimmermann; Tischler)
    le menuisier; le charpentier; l'ébéniste
  3. der Schreiner
    l'ouvriers de bois

Schreiner [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Schreiner
    le menuisiers; l'ébénistes
  2. die Schreiner
    le menuisiers; l'ébénistes d'armoires

Vertaal Matrix voor Schreiner:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
charpentier Schreiner; Tischler; Zimmermann Holzbearbeiter
menuisier Möbeltischler; Schreiner; Tischler; Zimmermann Holzbearbeiter
menuisiers Schreiner Zimmerleute
ouvriers de bois Schreiner
ébéniste Möbeltischler; Schreiner; Tischler; Zimmermann Holzbearbeiter
ébénistes Schreiner
ébénistes d'armoires Schreiner

Synoniemen voor "Schreiner":


Wiktionary: Schreiner

Schreiner
noun
  1. Handwerker, der aus Holz Möbel oder Fenster und Türen herstellt
Schreiner
noun
  1. menu|fr Personne qui travaille le bois pour en faire des meubles ou des pièces utiles pour les bâtiments.

Cross Translation:
FromToVia
Schreiner ébéniste cabinetmaker — skilled woodworker
Schreiner charpentier; menuisier carpenter — carpentry person
Schreiner ébéniste; menuisier joiner — maker of wooden furniture
Schreiner menuisier woodworker — a person skilled at woodworking
Schreiner ébéniste schrijnwerker — beroep|nld een houtbewerker en maker van kasten en meubels