Overzicht
Duits naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Vorfahren:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Vorfahren (Duits) in het Frans

Vorfahren:

Vorfahren [die ~] zelfstandig naamwoord

  1. die Vorfahren (Voreltern)
    l'ancêtres; l'aïeuls; le pères originels
  2. die Vorfahren (Voreltern)
    l'ancêtres; la souches
  3. die Vorfahren
    l'ancêtres; l'aïeux
    • ancêtres [le ~] zelfstandig naamwoord
    • aïeux [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Vorfahren:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ancêtres Voreltern; Vorfahren
aïeuls Voreltern; Vorfahren
aïeux Vorfahren Großeltern
pères originels Voreltern; Vorfahren
souches Voreltern; Vorfahren Baumstruenke; Beinstümpfe; Strünke

Synoniemen voor "Vorfahren":


Wiktionary: Vorfahren

Vorfahren
noun
  1. Ceux de qui on descend

Cross Translation:
FromToVia
Vorfahren ascendance ancestry — condition as to ancestors
Vorfahren aïeux forefathers — plural of forefather